de moedige burgeres van Haarlem (Haarlem 1526-? - 1588 of 1589), behoorde tot een deftige moderngezinde familie (haar oom was Hervormd en sneuvelde bij Jemmingen). Terwijl haar zuster Adriana gehuwd was met de geleerde Hadrianus Junius, trad zij in het huwelijk met de scheepsbouwer Nanning Gerbrandsz.
Borst. In 1571 was zij weduwe en had 4 kinderen. Gedurende de belegering van haar geboortestad in 1572 en 1573 bewees zij door haar moed en voorbeeld grote diensten. Toen Haarlem door de Spanjaarden was ingesloten, hielp zij aan het herstellen der wallen en wekte met goed gevolg andere vrouwen op, haar te helpen. Waarschijnlijk werd zij daartoe gebracht, doordat zij hout leverde voor de fortificaties en toen bevond, dat voor de versterking der wallen vele handen en mogelijk ook wat krachtige leiding nodig waren. Misschien heeft zij ook bij de bestorming op 31 Jan. 1573 gewapend de wacht gehouden op de wallen, niet onwaarschijnlijk met enkele andere vrouwen.
Van een meedoen aan de eigenlijke strijd wordt echter door geen enkele ooggetuige iets vermeld en de verhalen omtrent haar commando over 300 gewapende vrouwen enz. berusten geheel op de fantasie van latere schrijvers. Op onbekende wijze is zij in stilte verdwenen (en daardoor niet in handen gevallen der Spaanse overwinnaars? Of na het beleg pas?). Zij heeft in haar onderhoud voorzien door het waagmeesterschap in Arnemuiden (1574-1576?) om, eerst nadat Haarlem weer de zijde van de prins gekozen had, hier terug te keren. Zij drijft dan blijkbaar nog handel in hout, getuige een brief van 1588 door haar aan boord van een schip bij Vlieland geschreven.DR H. A. ENNO VAN GELDER
Lit.: C. Ekama, Beleg en verdediging van Haarlem in 1572 en 1573 (1872); J. W. Wijn, Het beleg van Haarlem (1942).
