(1) (Chinees: Jun-ho = verkeersrivier, of Ju-ho = keizersrivier) is het grootste kanaal van China, dat in het N. begint bij Toeng-tsjou, de haven van Peking, en loopt via Tientsin, dat meestal als beginpunt genoemd wordt, door de provincies Ho-pei, Sjan-toeng en Kiang-soe naar Hang-tsjou in Noord-Tsje-kiang. Het ca 1400 km lange en 80-300 m brede kanaal doorsnijdt dus de grote Chinese laagvlakte, de Jang-tse-delta en ook heuvelachtig land over een grote uitgestrektheid van N. naar Z.
Het eerste gedeelte, de verbinding tussen de Jang-tse-kiang en de Hwai-ho, werd in de 6de eeuw voor Chr. aangelegd; het stuk tussen Hang-tsjou en Tsingkiang is uit de 7de eeuw, terwijl de Mongoolse keizers, o.a. Koeblai Chan, in de 13de eeuw vele verbeteringen lieten aanbrengen en het noordelijke deel lieten graven. Het kanaal is later zeer verwaarloosd maar wordt nog steeds in belangrijke mate gebruikt.(2) is het kanaal, dat op de rechteroever van de Ebro in Aragon (Spanje) beneden Fudela (in Navarra) zijn water uit de Ebro ontvangt en dient ter bevloeiing van ca 30 000 ha grond. Het kanaal werd in 1528 onder keizer Karel V ontworpen en aangevangen, doch kwam pas tegen het eind van de 16de eeuw gereed. Het loopt over 119 km evenwijdig met de Ebro.