Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Karlstadt (persoon)

betekenis & definitie

eigenlijk: Andreas Rudolf Bodenstein, Duits reformator (Karlstadt, Franken, ca 1480-Bazel 24 Dec. 1541), studeerde te Erfurt en Keulen, werd lector en aartsdiaken aan het Allerheiligen Stift te Wittenberg, waar hij in 1510 promoveerde. In 1512 was hij de promotor van Luther.

Met diens denkbeelden was hij het aanvankelijk allerminst eens, maar via Augustinus kwam hij zó in Luthers gedachtenwereld, met loslating van zijn Thomistische overtuiging, dat hij De spiritu et litera van Augustinus met een volkomen reformatorische inleiding uitgaf (1517). In hetzelfde jaar had hij 151 stellingen over de nieuwe theologie, als grondslag voor disputaties, gepubliceerd en een jaar later gaf hij in een nog veel groter aantal stellingen een verdediging van Luthers 95 stellingen tegen Eek, met wie hij te Leipzig disputeerde in 1519, vóór Luther met deze in het krijt trad over het primaat van de paus. Karlstadt maakte een snelle ontwikkeling door. Met name aangeklaagd in de proclamatie van de bul Exsurge Domine (15 Juni 1520), brak hij in alle vorm met de Katholieke Kerk in zijn De canonicis scripturis. Terwijl hij enerzijds Luthers gebrek aan waardering voor de brief van Jacobus en de daarin vervatte werkenleer niet deelde, was Karlstadt anderzijds veel radicaler, bijv. in zake de afschaffing van het priestercelibaat en vele ceremoniën. Toen Luther op de Wartburg was (1521-1522), kreeg Karlstadt zijn kans: de Ordnung der Stadt Wittenberg gaf een geheel nieuwe regeling van de kerkelijke verhoudingen; 25 Dec. 1521 vierde hij het Avondmaal in de Slotkerk voor het eerst op evangelische wijze met 2000 bezoekers. Het volk kwam tot een beeldenstorm en de keurvorst was door dit alles alleronaangenaamst getroffen.

Luther kwam van de Wartburg en herstelde de orde door zijn „Invocavit”-preken. De breuk tussen Karlstadt en hem was nu definitief. Karlstadt moest zich naar Orlamünde terugtrekken en vervolgens, om zijn steeds verder gaan ook in mystieke richting, Keursaksen verlaten. Toen hij de lichamelijke tegenwoordigheid van Christus in het Avondmaal verwierp, schreef Luther tegen hem Wider die himmlischen Profeten (1525), inleiding tevens op de strijd tussen Luther en Zwingli. Na omzwervingen kwam Karlstadt ten leste onder de tolerantie van Zwingli als diakon aan het hospital te Zürich terecht en werd in 1534 hoogleraar te Bazel, tevens predikant aan de Pieterskerk. Als reformator bond Karlstadt zich volstrekt aan het woord der H.

Schrift en was hij een oorspronkelijk exegeet, tevens minder conservatief dan Luther in zake de ritus, hoewel in het begin voorzichtiger in zijn critiek op de Mis. In de genadeleer komt bij Karlstadt meer nadruk op de experimentele vernieuwing van de mens te liggen.PROF. DR J. N. BAKHUIZEN VAN DEN BRINK

Lit.: H. Barge, A. B. von K., 2 dln (1905); K. Müller, Luther u. K. (1907); E. Hertsch, K. und seine Bedeutung fïir das Luthertum (1932).

< >