Nederlands Romanist, lexicograaf en paedagoog (Amsterdam 17 Apr. 1868), was onderwijzer, daarna leraar M.O. te Kampen, Alkmaar (Cadettenschool) en Amsterdam. Sedert eind 1914 was hij verbonden aan de Universiteit van deze stad: eerst als vervanger van prof.
G. Cohen, na diens terugkeer in 1918 als privaatdocent, lector, buitengewoon hoogleraar in de Franse letterkunde. Gallas is een geleerde, wiens wetenschappelijke arbeid is neergelegd in tal van tijdschriftartikelen en recensies (meestal in Museum of Neophilologus), waarbij hij zich bij voorkeur beweegt op het terrein van de wisselwerking tussen de Nederlandse en Franse literatuur. Groter is zijn invloed als paedagoog, hetzij een wijder publiek aan zich verplichtend door zijn nooit rustende arbeid aan zijn Fransch woordenboek (2 dln, Sneek 1904-1907, 4de dr.: Nieuw Fransch-Ned. en Ned.-Fr. woordenboek, Zutphen 1936 vlgg.) hetzij als docent aan volksuniversiteit of hogeschool, hetzij als stimulerend leidsman bij de voorbereiding van vele dissertaties op het gebied der vergelijkende literatuur.Lit.: Mélanges, bijdr. v. tal van geleerden in een ,,GalIas-nummer” van Neophilologus, jg. 23, afl. 4 (1938), bij Gallas’ afscheid van de universiteit; Ned. Patriciaat XXXI (1945), 67.