noemt men het geheel van rechtsregels, welke het internationale verkeer van personen, goederen en berichten in de ruimste zin betreffen, waarbij twee of meer staten zijn betrokken. Daaronder valt zowel het verkeer ter zee, over land en door de lucht als het post-, telegraaf- en radioverkeer.
Het belangrijkste beginsel van internationaal verkeersrecht, de vrijheid van verkeer — althans over zee —, dateert reeds van lang geleden, getuige o.m. Hugo de Groot in zijn De mare libero (Leiden 1609). Het belang van vrij handelsverkeer vond internationale erkenning in de Westfaalse vredesverdragen, zowel in het verdrag van Munster van 30 Jan. 1648 (art. 4) als in het verdrag van Osnabrück van 20 Oct. van dat jaar (art. 9).De ontwikkeling van de techniek, welke de laatste anderhalve eeuw te zien heeft gegeven (stoomwezen, electriciteit, motor, radio), heeft enorme invloed op het internationale verkeer gehad en dit heeft op zijn beurt weer tot een grote uitbreiding van het internationaal verkeersrecht geleid, zowel op publiekrechtelijk als op privaatrechtelijk terrein. Voor het postwezen, de telegrafie en het Europese spoorwegverkeer zijn in de tweede helft der 19de eeuw — en later ook voor de telefonie en het radioverkeer — collectieve verdragen gesloten, waarbij de overgrote massa der daarvoor in aanmerking komende staten zich heeft aangesloten.
Op grond van verschillende van deze verdragen zijn belangrijke internationale bestuurscentra ontstaan, als de Wereldpostvereniging (1874/ 1878; met een bureau te Bern) en de Wereldvereniging voor de verreberichtgeving (1932; met een bureau te Genève), beide thans gespecialiseerde organisaties van de Verenigde Naties. In de Wereldvereniging voor de verre berichtgeving zijn de oorspronkelijke Telegraafunie (van 1865) en Radiotelegrafie Unie (van 1906) opgenomen; voor het Europese spoorwegverkeer is een groot aantal regelingen gesloten.
Internationaal luchtrecht is o.m. geregeld in het internationale luchtvaartverdrag van Chicago van 17 Dec. 1944 (St.bl. 1947, no H 165). Van belang voor de luchtvaart zijn tevens het Internationaal Sanitair Verdrag voor de Luchtvaart van Washington van 15 Dec. 1944 (Stbl. 1948, no I 180), dat bepalingen bevat omtrent onderwerpen van gezondheidszorg in verband met de internationale luchtvaart, en de op 12 Mei 1949 te Londen gesloten Overeenkomst inzake Weerobservatiestations op de Noordelijke Atlantische Oceaan (goedkeuringswet Stbl. 1951, no 271) ter vervanging van een soortgelijke, eveneens te Londen gesloten, overeenkomst van 25 Sept. 1946 (goedkeuringswet Stbl. 1948, no I 109).
Door een resolutie van de eerste Volkenbondsvergadering op 9 Dec. 1920 werd de Verkeersorganisatie van de Volkenbond (Organisation des Communications et du transit) in het leven geroepen; zij had tot doel als technische organisatie binnen het kader van de Bond en onder toezicht van de Raad en de Vergadering het Volkenbondswerk te verrichten op het gebied van verkeer en doorvoer. De Verkeersorganisatie bestond uit: de Algemene Conferentie, de Verkeerscommissie (aanvankelijk Raadgevende Commissie geheten) en het Secretariaat, waarvoor de Verkeersafdeling van het Volkenbondssecretariaat fungeerde.
Algemene Conferenties hebben driemaal plaats gehad, nl. in 1921 te Barcelona, in 1923 en 1927 te Genève. De Verkeersorganisatie heeft belangrijk coördinerend werk gedaan en vele verdragen op verkeersgebied tot stand gebracht, o.a. het waterwegenverdrag (Z rivier, internationaal rivierenrecht), het doorvoerverdrag, verdragen betreffende het regime der zeehavens, het spoorwegregime, doorvoer van electrische energie en exploitatie van waterkracht, verdragen betreffende het verkeer langs de wegen, verkeerstekens, belasting op buitenlandse automobielen en verloren triptieken enz. Regionale of partiële conferenties onder het gezag van de Verkeersorganisatie, waaraan slechts door staten werd deelgenomen die bij een bepaalde kwestie belang hadden, waren de Europese conferenties voor de scheepsmeting in de binnenvaart (Parijs 1925) en nopens transitkaarten voor emigranten (Genève 1929).
De Verkeerscommissie bestond uit afgevaardigden van de leden, die permanent in de Volkenbondsraad waren vertegenwoordigd, benevens van een aantal door de Algemene Conferentie gekozen leden. Zij had o.m. tot taak de bestudering en uitwerking van maatregelen, bestemd om de vrijheid van verkeer en doorvoer te verzekeren, de voorbereiding van de werkzaamheden der Conferenties en het uitbrengen van rapport over de toepassing der aangenomen regelingen. Permanente commissies waren ingesteld o.a. voor havens en zeevaart, binnenvaart, spoorwegen, electriciteitskwesties, wegverkeer. Bovendien waren speciale commissies ingesteld voor bijzondere onderwerpen als kalenderhervorming, betonning en verlichting, het privaatrecht in de binnenvaart, concurrentie tussen spoor- en waterwegen.
Na Wereldoorlog II is het werk van de Verkeersorganisatie door de Economische en Sociale Raad van de Verenigde Naties overgenomen. Voor enkele onderdelen zijn gespecialiseerde organisaties opgericht.
MR L. V. LEDEBOER
Lit.: W. A. van Ravesteyn, Het Verkeersorgaan van den Volkenbond (Rotterdam 1928); K. F. Reiter, Die Verkehrsbestimmungen des Versailler Vertrages und ihre Weiterbildung auf den allgemeinen Verkehrsconferenzen von Barcelona und Genf (Würzburg 1929); J. Hostie, Examen de quelques régies du droit international dans le domaine des Communications et du transit (Recueil des cours de l’Académie de droit international de La Haye, dl 40, Paris 1933); P. Le Marec, L’Organisation des Communications et du transit (Rennes 1938).