Utrechtse gemeente, groot 2645 ha, telt (1953) 5810 inw., v.w. (1947) 58 pct R.K., 40 pct Prot. en 2 pct andersdenkenden. De bodem bestaat uit rivierklei.
Veeteelt en fruitteelt zijn de voornaamste middelen van bestaan in het landelijk gedeelte der gemeente. Het stadje IJselstein (1947: 4350 inw.), op de linkeroever van de Hollandsche IJsel, heeft vnl. meubelindustrie. Verdere industrieën: houtwaren, steenfabrieken, teenbewerking en mandenmakerijen. Het bezit een Ned. Herv. Kerk uit ca 1309 (met fraaie praalgraven), een aan deze kerk gebouwde toren in Italiaanse Renaissance-stijl (gebouwd door Alessandro Pasqualini), een oud stadhuis, de resten van een oud kasteel (toren met zeer fraai trappenhuis, waarin oudheidkamer) en een oud klooster (1482).
De eerste Nederl. televisie zendmast (219 m hoog), staat in de gemeente in de onmiddellijke nabijheid van de stadskern. Ook verrijst in IJselstein het Nozema-zendgebouw voor de wereldomroep te Lopik.Het was in de Middeleeuwen hoofd plaats in een Baronie, in het bezit van de Heren van Aemstel (tak IJselstein), van Egmond en later van de Oranjes. In de Middeleeuwen en het begin der 16de eeuw speelde IJselstein een grote rol in de twisten tussen Utrecht en Holland. Stad en kasteel zijn herhaaldelijk belegerd en enige keren verwoest. Een gedeelte van de oude stad (de „Nieuwpoort”) is na een verwoesting door de Utrechters in het begin der 15de eeuw, eeuwenlang niet meer bebouwd geweest. Thans wordt dit gedeelte herbouwd.