Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HERMES

betekenis & definitie

Griekse god, zoon van Zeus en Maia, de dochter van Atlas, volgens de sage op de berg Kyllene in Arkadië geboren (vandaar zijn bijnaam Kylllenios), toonde, volgens een mythe, dadelijk na zijn geboorte de grondtrekken van zijn karakter: vindingrijkheid, slimheid, list. Vier uur oud, springt hij uit zijn wieg, vindt, door over de schaal van een schildpad snaren te spannen, de lier uit en steelt iets later 50 runderen uit de kudde van Apollo, die hij achterwaarts voor zich uit drijft en in een grot verbergt.

Daarop legt hij zich weer in zijn wieg. Maar Apollo ontdekt de dief en Zeus beveelt hem de teruggave der runderen; Apollo laat ze hem echter in ruil voor de lier.Zeus echter stelt hem tot bode der goden en begeleider der doden naar de Hades aan. In de mythe treedt Hermes vnl. op als bode van Zeus, die zijn opdrachten handig weet uit te voeren, zoals het doden van de honderdogige Argus, waarnaar hij ook wel Argeïphontes (of Argusdoder) genoemd is.

Als bevorderaar van verkeer, handel en winst is hij de beschermgod der kooplieden en der dieven (zijn zoon Autolykos is in de sage de grootste dief), der wegen en straten en der reizigers.

Als zodanig richtte men voor hem, vooral aan kruiswegen, steenhopen op, zgn. Hermesheuvels, en op de straten, pleinen en voor de huizen zgn. Hermen. Zelf sterk en slank, is hij de god der gymnastiek; als zodanig waren de worstelperken, palaistrai en gymnasia hem gewijd. Als uitvinder van de lier en (volgens velen) van de herdersfluit bevordert hij de muziek. Van hem als heraut leidde men de gave van een sterke stem (hij overwon Stentor) en een verstandige taal af. Lateren zagen in hem zelfs de uitvinder van het schrift, de getallen, de wiskunde en de astronomie. Als begeleider der zielen naar de onderwereld (Psychopompos) staat hij ook met de onderaardse goden in betrekking, met wie hij bij dodenorakelen en bezweringen aangeroepen wordt; als zodanig zou hij ook uitvinder van mysteriën zijn (o.a. die te Samothrake). Ook wordt hij beschouwd als de god van de slaap en der dromen, die door aanraking met zijn staf de ogen opent en sluit.

Ook is hij wel dienaar der goden en als zodanig (of als de uitvinder van het vuur) hun kok. Hij verschijnt en verdwijnt dikwijls geheimzinnig; vandaar de uitdrukking „Hermes is aanwezig” als plotseling een stilte ontstaat. Tot Hermes’ attributen behoren de pilos, een klokvormige hoed, of een petasos, een breedrandige reishoed, vleugels aan de sandalen, later ook aan de hoed en de Hermes- of herautsstaf (z caduceus).

De kunst stelt Hermes eerst voor als krachtige man met baard, later als een jonge, rijzige man; ook „ramdragend” (kriophoros) wordt hij afgebeeld, wat in de Christelijke kunst navolging heeft gevonden. Onder de standbeelden heeft vooral Praxiteles’ beeld „Hermes met Dionysos” invloed gehad. Ook het beeld als rustende bode is zeer bekend.

Hermes was in oorsprong een niet zeer gezien god onder de Olympische goden. Maar later is hij van zeer grote betekenis geworden, door de magische kracht, waarvan hij de verpersoonlijking werd (z Mercurius).

PROF. DR D. COHEN

Lit.: W. B. Kristensen, De goddelijke Heraut en het woord van God (Med. Kon. Akad. 70 B no 2, 1930); Idem, De goddelijke bedrieger (ibid. 66 B nr 3, 1928; beide opstellen thans ook in W. B.

Kristensen, Verzamelde bijdragen tot de kennis der antieke godsdiensten (Amsterdam 1947), blz. 103-148); P. Raingcard, Hermes Psychagogue (Paris 1935); A. Larochette, Étude sur les épithètesd’Hermès. Thèse Liège (1936-37); K. Kerényi, Hermes der Seelenführer, Albae Vigiliae N. F. I (Zürich 1944); Idem, Granos-Jahrbuch 1942, p. 9-107.

< >