Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Herman LANDSBERG

betekenis & definitie

Nederlands vestingbouwer (1670-1746), woonde, vermoedelijk reeds van 1702 af, als ingenieur in dienst van de Staten-Generaal, in de Spaanse Successie-oorlog vele belegeringen bij en schreef o.a. in 1712 zijn Nouvelle manière de fortifier les places en in 1731 Nouveaux plans et projets de fortifications, beide werken in Den Haag uitgegeven. Hierin toont hij zich, in navolging van Rimpler (1636-1683), een voorstander van het getenailleerde stelsel van vestingbouw en brengt het voor het eerst in tekening.

Van Coehoorn, wiens leerling en opvolger hij genoemd wordt, nam hij vooral diens aanleg der vestingwallen in de diepte over (bedekte weg, enveloppe en hoofdwal). Zijn stekel, dat zich kenmerkt door een aaneenschakeling van flanken, met inspringende hoeken van go° en uitspringende hoeken (saillanten) van 60°, is ook door Coehoorn in zijn ontwerpen voor de lunetten-linies van Doesburg, Nijmegen, Groningen en Zutphen toegepast. Van Landsberg zelf zijn plannen tot verbetering der vestingwerken van Nijmegen en Woerden bewaard gebleven. Hij ging in 1733 over in de dienst van August de Sterke, keurvorst van Saksen en koning van Polen en stierf als generaal. ,

< >