Heiligen uit de 7de of de 8ste eeuw, waren gezusters. Haar ouders, Adalhard en Grinuara, stichtten voor haar op hun bezittingen in Masau een klooster, dat Eike (Aldeneyck) genoemd werd.
Volgens een biograaf uit de 9de eeuw werden zij door de H. Willibrordus en de H. Bonifacius tot abdis gewijd. Harlindis stierf het eerst, op een 12de Oct., Relindis op een 6de Febr. doch lang na haar zuster en op gevorderde leeftijd. Opgevoed in een klooster te Valenciennes (?), zouden zij daar het zingen, het schoonschrijven, het schilderen, het borduren en het weven hebben geleerd. Haar biograaf noemt verschillende kunstwerken, die haar in zijn tijd werden toegeschreven en die ca 860 nog in het klooster werden bewaard: altaargordijnen versierd met goud en edelgesteenten, een evangeliarium en een rijk versierd psalterium.
Het staat echter niet vast, dat het bekende Maaseiker evangeliarium, dat wel uit het einde der 8ste eeuw blijkt te dateren, door de heiligen werd uitgevoerd. Het werd gecopieerd in een insulair milieu en zijn miniaturen wijzen op verschillende, met name Anglo-Ierse invloeden. Het is waarschijnlijk onvoltooid — bijv. door leerlingen van de H. Willibrordus — naar een door Angelsaksers geleide werkplaats op het vasteland overgebracht, waar echter ook verluchters met reeds onafhankelijke opvattingen werkten. Het overschot van beide heiligen werd op 22 Mrt 860 overgebracht naar een stenen kerk, die de vroegere houten kerk verving. Haar feestdag is 12 Febr.Lit.: Acta sanctorum, Martiidl III,blz. 386-392; L.v.d.Essen, Etude critique etc. (1907), blz. IO9-III;E. de Moreau, Hist.de l’Eglise en Belgique (1945), dl I, blz. 154-155» dl H, blz. 313-314*
