Frans schilder (Montpellier 1841 - gesneuveld bij Beaune-la-Rolande 1870), was leerling van Gleyre en debuteerde op de Salon van 1866. Hij was een vriend van den 9 jaar ouderen Manet, en van de schilders, ongeveer van zijn leeftijd, die later als de Impressionnisten bekend zouden worden: Renoir, Monet, Sisley.
Dezen, wier kunst zich toen nog niet ver van het realisme van Courbet verwijderd had, schilderden in die tijd (misschien onder Bazille’s invloed?) zonder uitzondering veel figuur, getuige Manet’s Déjeuner sur Vherbe-, onderling vertoonden zij nog niet de latere grote verschillen. Bazille’s werk heeft ongeveer hetzelfde karakter, alleen bezat hij meer artistieke cultuur dan Monet. Meer dan een van zijn kameraden was hij van de Frans-klassieke geest doordrenkt. Het laatste schilderij, dat hij maakte: Scène d’été (1870), toont dit in de bekoorlijke compositie. Een belangwekkend kunstenaar, met veel zin voor de werkelijkheid, een schilder met een kleur, tegelijk stout en evenwichtig; eerst later meer bekend geworden. Zijn Sortie du Bain, in 1900 op de Gentennale te Parijs geëxposeerd, was een der openbaringen van deze tentoonstelling.
Verschillende zijner werken, o.a. Femme accroupie au pied d’un arbre, bevinden zich in het museum van Montpellier; het merendeel is echter in het bezit van zijn familie gebleven. Op een schilderij, waarop hij zijn vrienden, in zijn atelier verenigd, heeft weergegeven, is de figuur van hem zelf van de hand van Manet.