Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Francesco CRISPI

betekenis & definitie

Italiaans staatsman (Ribera, Sicilië, 4 Oct. 1818 - Napels 11 Aug. 1901), studeerde te Palermo in de rechten, was sinds 1839 journalist in die stad en sinds 1844 advocaat te Napels. Hij sloot zich in 1846 met de eis van een grondwet aan bij de nationale beweging in Italië, nam in Jan. 1848 deel aan de opstand te Palermo en was gevolmachtigde en minister van Oorlog van de Revolutionnaire Regering, totdat deze het bewind moest nederleggen (1849) en moest daarop de wijk nemen naar het buitenland.

Na de vrede van Villafranca (11 Juli 1859) spoorde hij Garibaldi aan tot de expeditie naar Sicilië, nam daaraan deel als kolonel en was gedurende de tijd van overgang secretaris van het voorlopig revolutionnair bewind op het eiland. Nadat Sardinië dit eiland geannexeerd had, werd Crispi tot lid van het Italiaanse Parlement gekozen. In 1877 werd hij minister van Binnenlandse Zaken en bewerkte als zodanig, dat bij de verkiezing van de opvolger van Pius IX in 1878 het conclave zich niet buiten Rome verenigde. In Apr. 1887 werd hij wederom als minister van Binnenlandse Zaken in het kabinet Depretis opgenomen, en na diens dood tot minister president en ook tot minister van Buitenlandse Zaken benoemd.

Van dit ogenblik af speelde hij de voornaamste rol in de binnen- en buitenlandse politiek van Italië. Hij was een van de vurigste voorstanders van het Drievoudig Verbond en een tegenstander van alle toenadering tot Frankrijk. Reeds toen voerde hij een kostbare oorlog in Eritrea tegen Abessinië. In 1891 werd hij vervangen door Rudini, maar in 1893 was hij weder minister tot 4 Mrt 1896.

In deze 3 jaren vooral was hij zeer machtig. Krachtig moest hij optreden om een ernstige boerenopstand op Sicilië te onderdrukken (1893) en trachtte daarna de erbarmelijke agrarische toestanden op het eiland te verbeteren. Heftig en meedogenloos trad hij op tegen de anarchisten, die zich in deze tijd zeer roerden in Italië. De expeditie in Eritrea werd scherp gecritiseerd en toen nu het Italiaanse leger bij Adoea (.1 Mrt 1896) verslagen werd, moest Crispi aftreden.Bibl.: Scritti e discorsi (Torino 1890); Carteggi politici inecliti (1860-1900) (1912); Lettere dall'esilio (1850-1860) (1918); Discorsi elettorali (1887); Discorsi parlamentari (3 dln, 1915).

Lit.: Pipitone-Federico, L’anima di F. G., carteggio intimo sulla politica del Risorgimento italiano (1910); G. Castellini, Crispi (2de dr., 1924); G. Salvemini, La politica estera di F.

G. (1919): A. G. Jenolo, Crispi (1922); G. Colpe, Crispi (1928).

< >