Frans literair historicus (Saint-Dié 4 Mei 1871), doceerde te Nancy, Lyon en van 1910 tot 1935 aan de Sorbonne te Parijs. Tijdens deze laatste ambtsperiode gaf hij ook gastcolleges in Amerika, aan de universiteiten van Cambridge (V.S., 1913) en Colombië (1917-1919), en aan de universiteit van Straatsburg (1919-1923).
Na zijn hoogleraarsambt aan de Sorbonne te hebben neergelegd, doceerde hij wederom aan de Harvard University te Cambridge (1935-1940), en aan de universiteit van Californie te Los Angeles (1940-1945). Sedert !945 woont hij ambteloos te Parijs. Hij is vooral werkzaam op het gebied van de vergelijkende letterkunde en stichtte in 1921 de driemaandelijkse Revue de littérature comparée, die hij te zamen met Paul Hazard leidde. Hij schreef, behalve onder zijn eigen naam, onder pseud. Fernand Baldenne ook gedichten en verhalen.Bibl.: Gottffied Keiler (1899); Goethe en France (1904, 2de dr. 1921) ; Etudes d’histoire littéraire, 4 dln (1907 vlg.) ; Alfred de Vigny (1912 en 1933); La littérature (1913); L’avant-guerre dans la littérature française (1919) ; Le mouvement des idées dans l’émigration française (1925); Œuvres complètes de Vigny (1927); Orientations étrangères chez Balzac (1927); A l’enfant perdue (1938); Une vie parmi d’autres, notes pour servir à la chronique de notre temps (1940); Cassandre, tragédie en trois actes en vers (1940); La Littérature française entre les deux guerres (1941); Alfred de Vigny: textes choisis avec commentaire (1942); Les Sonnets de Shakespeare; traduction en vers français (1943); La Libération de la France, poème (1945)» La Critique et l’Histoire littéraires en France au XIXe siècle (1946). In 1930 verscheen: Mélanges d’histoire litt. gén. et comparée offerts à F. B., 2 dln.
