eigenlijk Martin Donk, priester en apologeet (Kempen to Nov. 1505 - Amersfoort 16 Apr. 1590), studeerde te Nijmegen bij de Broeders van het Gemene leven en te Leuven en werd in 1536 priester gewijd. Van 1537-1541 was hij regent van een college in Leuven, van 1541-1558 pastoor te Wormer, van 1558-1572 pastoor te Delft.
In 1572 Deken van ’s-Gravenhage, in welk jaar hij echter vluchten moest, eerst naar Rotterdam en vervolgens naar Utrecht. Tot 1578 was hij pastoor te Amsterdam (Nieuwe kerk). Hij kwam hier in strijd met Jacobus Buyck, pastoor der Oude kerk, die bij de alteratie de eed op de satisfactie voor ongeoorloofd verklaarde. Deze satisfactie was een verdrag, waarbij aan de Hollandse en Zeeuwse steden, die nog niet de zijde van de prins hadden gekozen, voldoening t.o.z. van de godsdienst en voortduring van de bestaande regeringsvorm werden gewaarborgd, indien zij zouden overgaan. Duncanus werd toen toch uit Amsterdam verbannen, waarna hij zijn verdere leven in Amersfoort doorbracht. Hij was een scherp bestrijder der hervormde leer en verdedigde vooral de H. Eucharistie.Bibl.: Anabaptisticae haereseos confutatio et vere Christiani baptismi... assertio contra Mennonis Simonis Frisii blasphemias (Antverpiae 1549); Corte confutatie ende wederlegginghe van een fenynigh boeck des Byenkorf der H. Roomsche Kercken (1578); Catholijcke Catechismus met wederlegginghe van der Heydelbergsche oft ghereformeerde catechismus (Antwerpen 1594).
Lit.: J. Hezius en H. Westrenus, Corte beschrijvinghe van ’t leven ende sterven van den weerdigen Heer, Meester Martinus Duncanus (Antwerpen 1594); A. Heyligers, De vita Martini Duncani. in: Bijdr. voor de Gesch. van het Bisdom van Haarlem, dl 50 (1933), blz. 1 vlg.; F. Rütten, Martin Donk (München i. W. 1906).