Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

DROP

betekenis & definitie

(Succus Liquiritiae) noemt men in de artsenijkunde een door koken verkregen extract van de verse zoethoutwortel (Glycyrrhiza glabra). Het wordt gezuiverd door oplossen in water en indampen der oplossing. Het wordt vooral bereid in Calabrië, Sicilië, Frankrijk, Spanje en Griekenland en komt gewoonlijk in de handel in pijpen of stangen, die in laurierbladeren verpakt zijn.

Het heeft een zwarte of donkerbruine kleur, is in koude toestand bros en glinsterend op de breuk. Het smaakt zoet, doch heeft veelal een onaangename nasmaak. Zijn bestanddelen zijn de ammoniumverbindingen van het glycyrrhizine, een glucoside, dat zich splitst in glucuronzuur en het saponine glycyrrhetine (zoethoutbitter; deze laatste stof is de oorzaak van de bittere en scherpe nasmaak), asparagine, zouten, zetmeel en enige bijmengsels. Men gebruikt drop hoofdzakelijk tot verzachting van het hoesten; ten gevolge van het saponineachtige karakter van het glycyrrhetine maakt ’t het slijm los. Door toevoeging van salmiak (zoute drop, salmiakpastilles), menthol (mentholpastilles, Wyberttabletten, enz.), cachou enz., verkrijgt men een aantal als hoestmiddelen aanbevolen preparaten. In de laatste jaren is drop ook aanbevolen bij maagzweer. Men geeft daarbij grote hoeveelheden van een uit drop bereide pasta; dit gebruik is echter niet zo onschuldig, omdat, bij daarvoor gevoelige personen, na het innemen van deze hoeveelheden, oedemen zijn geconstateerd. Men hoede zich dus voor ongecontroleerd gebruik.

< >