(Datura L.) is de naam van een plantengeslacht uit de familie van de Solanaceeën. Het omvat een 15-tal heesterachtige kruiden uit de warme en gematigde streken. Deze planten hebben een buisvormige, 5-delige kelk, een trechtervormige bloemkroon met 5- of 10-tandige geplooide zoom, 5 aan de kroon vastgehechte meeldraden en een 2-hokkig vruchtbeginsel, dat door een vals tussenschot 4-hokkig wordt.
De gewone doornappel (D. Stramonium L.) komt in Europa en ook in Nederland voor als éénjarige plant, op mesthopen groeiend, met golvend getande bladeren, witte bloemen en stekelige vruchten. De bladeren (Folia Stramonii) worden voor asthma gebruikt. Ook nam men delen van de plant in om een profetische roes te krijgen: misschien maakten de priesteressen van het orakel van Delphi er gebruik van. Deze werking wordt veroorzaakt door de alkaloïeden, die de plant bevat: in de bladeren komt o.a. 0,3 pct hyoscyamine en wat atropine voor. Datura fastuosa L. in Ned. Indië heeft een hoog alkaloïedgehalte en wordt daarom gebruikt om krekels voor krekelgevechten strijdlustig te maken. Enige Datura-soorten uit warmere streken, zoals D. arborea L. en D. sanguinea Ruiz et Pavon uit Zuid-Amerika, zijn als sierplanten in gebruik.
