(Frans: Douala), vroeger Kameroen, een naar de negerstam der Doeala genoemde havenstad in het Franse mandaatgebied Cameroun, tot 1901 hoofdplaats van de voormalige Duitse kolonie Kameroen. De stad telt ca 20.000 inw. en ligt op 3°55' N.Br. en 9°45' O.L. v.
Gr. aan de Kameroenrivier, die in de Biafra-baai uitmondt. Deze is eigenlijk een aestuarium, waarin vele rivieren uitstromen; aan een daarvan, de Woeri (Wouri), ligt op de linkeroever de stad Doeala op 23 km van de zee verwijderd. Tegenover Doeala, op de rechteroever van de Woeri-rivier,ligt Bonaberi, dat het beginpunt is van de spoorweg, die in N. richting het gebergte in gaat naar Ngongsamba. In Doeala zelf is het beginpunt van een spoorweg, die in O.Z.O. richting het binnenland in gaat naar Edea en Yaounde. De stad Doeala ligt op een serie vlakke plateautjes op 30 m hoogte boven de rivier. Zij is in wijken verdeeld, waarvan enige alleen voor Europeanen bestemd zijn. De stad, die meer dan 200 regendagen per jaar heeft en waar bijna 5 m regen valt (vooral van Mei-Nov.), groeit gestadig. Het district Doeala, waartoe behalve de stad zelf de naaste omtrek met een straal van 10-15 km behoort, telt ruim 30.000 inw.Het overgrote deel van de handel met Kameroen gaat over Doeala. De stad kan door zeeschepen bij daglicht en bij hoog water bereikt worden. De invoer omvat katoenen goederen, aardewerk, machinerieën, auto’s, spoorwegmaterieel, aardolie en aardolieproducten; uitgevoerd worden palmolie, palmpitten, cacao, hout, rubber, bennizaad, koffie, maïs, aardnoten en bananen. De voorhaven (rede) van Doeala is het op de punt van Manoka gelegen Soeëllaba (Souellaba).
H. A. BOMER