Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

DIESEL, Rudolf

betekenis & definitie

Duits constructeur (Parijs 18 Mrt 1858 - tussen Antwerpen en Londen 29/30 Sept. 1913), werd na het aflopen van de Technische Hogeschool te München in 1879 medewerker van Carl von Linde en kreeg na een vooropleiding de leiding van het filiaal te Parijs van de „Gesellschaft für Lindes Eismaschinen”. Rudolf Diesel was reeds spoedig volkomen vervuld met de idee om iets uit te vinden, dat hem een grote naam zou geven in de technische wereld.

Daar hij door zijn werk steeds in aanraking was met de technische thermodynamica, lag het achteraf gezien voor de hand, dat zijn uitvinding uit zou gaan van dit vak.In 1892 diende hij een octrooi-aanvrage in van een 1-cylinder verbrandingsmotor en gaf in 1893 een boek uit Theorie und Konstruktion eines rationellen Wärmemotors. Hierbij bleek, dat hij tot de constructie wilde komen van een motor, waarbij het Carnot-proces (zie kringproces) verwezenlijkt werd om zodoende het maximale nuttig effect te behalen. Om dit te bereiken zouden in deze motor drukken van 250 kg/cm2 moeten optreden, terwijl als brandstof poederkool toegevoerd zou worden.

Na korte tijd zag hij wel in, dat hij afwijkingen van zijn ideale proces moest toelaten, maar eerst nadat er, dank zij een overeenkomst met M.A.N. en Krupp, drie machines gebouwd waren en met zeer veel experimenteren lukte het om tot een draaiende motor te komen. Hierbij werd lamppetroleum als brandstof toegevoerd, terwijl de compressiedrukken niet hoger werden opgevoerd dan tot 35 kg/cm2. Tevens bleken de temperaturen zo hoog te worden, dat een koelmantel voor de steeds door hem verworpen waterkoeling noodzakelijk was. Ondanks het feit, dat de later gebouwde bruikbare motoren enorm veel afweken van zijn uitvinding, heeft hij toch de mogelijkheden geschapen voor het ontstaan van een verbrandingsmotor met een hoog nuttig effect, waarin de goedkopere zwaardere oliesoorten als brandstof dienst kunnen doen, zodat terecht deze motoren nog steeds zijn naam dragen.

Het verdere verloop van zijn leven was niet gelukkig te noemen, vooral door het roekeloos omspringen met zijn vrij groot fortuin en de vele ruzies en verwikkelingen omtrent rechten en patenten. Die tegenslagen brachten hem op een reis naar Londen in 1913 tot zelfmoord.

IR E. J. DIEHL

Bibl.: R. Diesel, Theorie und Konstruktion eines rationellen Wärmemotors (Berlin 1893).

Lit.: E. Diesel, Diesel (1937, vert. als: De roman van een motor, Amsterdam 1943); J. Lehmann, R. D. and Burmeister & Wain (Copenhagen 1938); F. Pachtner, Patent 67207, R. D. und das Werk seines Lebens (Berlin 1943).

< >