Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

DAMPIERRE

betekenis & definitie

Het geslacht Dampierre werd regerend vorstenhuis in Vlaanderen door het huwelijk van Willem van Dampierre met Margareta van Vlaanderen en Henegouwen. Deze was de tweede dochter van graaf Boudewijn IX, die in 1204 ook keizer van Constantinopel werd.

Margareta ,,van Constantinopel” of „van Dampierre” (1202-1280) was eerst met een Henegouws edelman, Bouchard d’Avesnes, in de echt getreden (1212). Daar pauselijke bullen dit huwelijk ongeldig verklaarden, ging zij in 1223 een tweede aan met Willem van Dampierre, een ridder uit Champagne. Uit beide echtverbintenissen waren kinderen geboren. Dit gaf aanleiding tot een langdurig geschil; het kreeg vooral gewicht na 1236, toen Maria, de dochter van Margareta’s oudere zuster Johanna, en vermoedelijke troonopvolgster van Vlaanderen en Henegouwen, overleden was.

Koning Lodewijk IX (de Heilige) van Frankrijk, tot scheidsrechter aangesteld, kende Vlaanderen aan de Dampierres en Henegouwen aan de Avesnes toe. Deze laatsten deden echter beroep op de Rooms-koning Willem (van Holland), om RijksVlaanderen voor zich op te eisen.Willem van Dampierre

oudste zoon uit Margareta’s tweede huwelijk, trad in de echt met Beatrix van Brabant, nam, met de H. Lodewijk, deel aan een kruistocht (1248) en kwam in een tournooi om (1251).

Gwijde

(Guy), de volgende zoon, werd toen in Vlaanderen als troonopvolger en mederegent aangesteld. Daar Willem van Holland weigerde het verdrag van 1250 na te komen, waardoor hem feodale verplichtingen tegenover Vlaanderen voor het bezit van Zeeland waren opgelegd, ondernam Gwijde, met zijn jongere broeder Jan, een veldtocht in Walcheren. Zij werden echter te Westkapelle verslagen en gevangengenomen (1253) en kwamen eerst drie jaren later voor een aanzienlijk losgeld vrij. In 1263 kocht Gwijde het markgraafschap Namen van Boudewijn de Courtenay af, om het naderhand aan zijn zoon Jan over te laten.

Gwijde nam ook aan de kruistocht naar Tunis deel (1270). Zijn moeder deed op 29 Dec. 1278 volledig afstand van het gezag over Vlaanderen te zijnen voordele. In 1280 had Gwijde met sociale onlusten te kampen in bijna alle grote steden (Gent, Brugge, leper, Douai). Hij poogde voldoening te schenken aan de volksklasse, die rekenschap eiste over het gebruik van de stadsgelden.

Gedurende enkele jaren nog kon hij zijn aanzien in binnen- en buitenland verhogen, dank zij de welwillende houding van de Franse kroon. Na de troonsbeklimming van koning Philips de Schone (1285) veranderde de toestand volkomen. Deze beschermde de door Gwijde aangevallen stadspatriciaten. In het nauw gedreven, zocht Gwijde steun bij de Engelse koning.

Door het verdrag van Lier (1294) verloofde hij zijn dochter Philippina met de zoon van Edward I. Daarop liet Philips de Schone Gwijde in hechtenis nemen en schonk hem zijn vrijheid eerst terug, nadat Philippina hem was uitgeleverd. Na telkens nieuwe vernederingen te hebben ondergaan, ontzegde de graaf zijn trouw aan zijn suzerein en sloot een formeel verbond met de Engelse koning (1297). Deze stond hem slechts matig bij en liet hem aan zijn lot over bij het verdrag van Montreuil (1299).

De Franse koning veroverde Vlaanderen zonder veel moeite, zodat Gwijde zich met zijn oudste twee zoons moest gevangen geven ( 1300) ; hem werd het kasteel van Compiègne als verblijf toegewezen. Vlaanderen werd onmiddellijk aan de Franse kroon gehecht. Eén jaar na de opstand van 1302 werd Gwijde tijdelijk in vrijheid gesteld, moest echter weldra weer in gevangenschap terugkeren en stierf te Compiègne in 1305. Hij was gehuwd geweest: 1. met Mathildis van Bethune (gest. 1264) en 2. met Isabella van Luxemburg (gest. 1298).

Zij schonken hem elk acht kinderen die in leven bleven, onder wie uit het eerste bed: Robrecht van Bethune, Willem van Dendermonde en Crèvecoeur, Jan, bisschop van Metz, later van Luik, Philips, graaf van Chieti, Margareta, echtgenote van Jan I van Brabant, Beatrix, echtgenote van Floris V van Holland, Maria, echtgenote van Willem van Gulik; uit het tweede bed: Jan van Namen, Gwijde, heer van Ronse, graaf van Zeeland, Hendrik, graaf van Lodi, Margareta, gehuwd met Alexander van Schotland en Reinoud I van Gelderland, Philippina, de verloofde van Edward II van Engeland.

PROF. DR HANS VAN WERVEKE

Lit.: Gh. Duvivier, Les influences française et germanique en Belgique au XlIIe siècle. La querelle des d’Avesnes et des Dampierres (2 dln, Bruxelles-Paris 1894) ; Fr. Funck-Brentano, Les origines de la guerre de cent ans.

Philippe le Bel en Flandre (Paris 1896).

< >