Grieks geestelijke en staatsman (Dorvoutsa, Naupaktos, 3 Mrt 1891 - bij Athene, 20 Mei 1949), was eerst prior van een klooster en stelde voor de kloosters op de berg Athos een charter op, dat nu nog van kracht is. In 1918 werd hij bisschop van Korinthe.
Hij legde een grote persoonlijke moed aan de dag, toen deze stad in 1928 door een aardbeving werd geteisterd. Vooral dank zij hem werd de stad spoedig weer opgebouwd.In 1937 werd Damaskinos tot aartsbisschop van Athene en daarmee tot hoofd van de orthodoxe kerk in Griekenland benoemd; de Griekse dictator, generaal Metaxas, weigerde echter om politieke redenen deze benoeming goed te keuren. Damaskinos trok zich in een klooster terug. Na de Italiaanse invasie in Griekenland en de dood van Metaxas kon hij zijn ambt in 1940 echter aanvaarden.
Tijdens de bezetting van Griekenland door Duitsers, Italianen en Bulgaren groeide hij uit tot de moedige geestelijke leider van de Griekse verzetsbeweging. Van Mei 1944 tot de bevrijding van Griekenland stond hij onder bewaking van de SS. Toen kort na de bevrijding de burgeroorlog uitbrak (Dec. ’44), werden de partijen het er over eens, dat hij als regent de Griekse koning, die voorlopig in het buitenland bleef, zou vervangen. Damaskinos’ regentschap stond boven de partijen en wist de continuïteit van de Griekse staat te garanderen, totdat koning George II in 1946 terugkeerde.