Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Constant van WESSEM

betekenis & definitie

(Jacques), Nederlands letterkundige (’s-Gravenhage 25 Apr. 1891), is sinds 1914, hoofdzakelijk voor muziek, werkzaam in de journalistiek. Hij publiceerde verschillende geschriften over muziek en filmwezen, voorts romans, lyriek en toneelwerken.

Hij is een van de voorgangers geweest in het zoeken naar nieuwe prozavormen, in de mogelijkheden waarvan hij zich ook theoretisch heeft verdiept. Zijn werk heeft in dit opzicht een baanbrekend belang dat men weleens over het hoofd ziet. Zijn veelzijdige belangstelling deed hem zich ook toeleggen op de historische roman en de biografie. In latere jaren schreef hij enkele documentaire geschriften over literaire tijdgenoten en bewegingen, waarvan hij redacteur is geweest (Het Getij, Vrije Bladen).

Bibl.: Muziek: Debussy (1919); Mahler (1920); Inleiding tot de moderne muziek (1921); Een herziening der muzikale termen (1922); Uren met musici (1922); Liszt (biogr. 1927); Moderne Fransche musici (1928); Het musiceren en concerteren (1929); Beethoven (1947). Proza: Gustaaf (1915); Lampions in den wind (onder pseud. F. Chasalle, met medew. v. C. J.

Kelk, 1921); De clowns en de fantasten (onder pseud. F. Chasalle, 1924); Hebt u niets gezien? (1925); Lessen in charleston (1931); Liszt (roman, 1931); De ijzeren maarschalk, het leven van Daendels (1932); De vuistslag (1933); 300 Negerslaven (1935); Margreet vervult de wet (1936); De Ruyter (1937); Jacht op Bonaparte (1940). Film: Charlie Ghaplin (1927); De komische film (1931). Met C. J.

Kelk: De terugkeer van Don Juan (1924); Harlekijn (1932); Het kanon (1934). Marionetten (met G. J. Kelk en J. W. F.

Werumeus Buning, 1925); Verzamelwerk: Twintig Noorden Zuid-Nederlandsche verhalen. Essay en mémoires: Mijn broeders in Apollo (1941); Slauerhoff (1941).

Lit.: H. Marsman, in: Verz.Werk III (1938); A. Donker, in: Crit. Bull. (1931); A. Romein, in: Crit. Bull. (1932); C.

J. Kelk, in: Grit. Buil. (1933); Salamanderboek (1938, autobiogr.).

< >