(afkomstig van het Latijnse woord conscriptio = opschrijving) is de naam voor de gedwongen aanwijzing voor de krijgsdienst. Deze bestond reeds bij de oude Grieken en Romeinen, doch de laagste volksklassen waren, als zijnde die eer niet waardig, daarvan uitgesloten.
Te Rome had op het Marsveld de keuze (legio) uit de ingeschrevenen plaats. Geheel anders was het in latere tijd, toen integendeel de hogere standen zich aan de krijgsdienst wisten te onttrekken en de last der verplichting uitsluitend op het volk drukte, zoals o.a. voor het leger van Gustaaf Adolf van Zweden. Eerst tijdens de Franse revolutie, toen de republiek, van alle zijden aangevallen, soldaten móest hebben, werden door de besluiten van de Conventie van 23 Aug. en 7 Sept. 1793 alle Fransen tot de krijgsdienst verplicht en de legers door requisitiën voltallig gemaakt, totdat de wet van 5 Sept. 1798 de algemene dienstplicht van 20-25-jarige leeftijd onder de naam van conscriptie vaststelde. Door loting werd naar behoefte het benodigde aantal uitgezocht.
Napoleon voerde het stelsel ook o.a. in Nederland in. Sindsdien is in alle landen van Europa de dienstplicht ingevoerd, doch de naam conscriptie is daarvoor in onbruik geraakt.