Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Boscán almogáver, juan

betekenis & definitie

Spaans dichter, geboren te Barcelona kort vóór 1500 als telg uit een voornaam Catalaans geslacht — Boscá Almugáver luidt de naam eigenlijk —, studeerde in Kastilië onder leiding van Lucio Marineo Siculo, diende als soldaat in het leger van koning Ferdinand van Aragon, en werd gouverneur van Fernando Alvarez de Toledo, de hertog van Alva. Later vestigde hij zich in zijn geboortestad, waar hij in 1542 overleed.

Aanvankelijk maakte hij verzen in de traditionele trant van de cancionero’s, maar in de zomer van het jaar 1526 werd hij te Granada door de Venetiaanse ambassadeur Andrea Navagero bekeerd tot het elflettergrepige vers van de Italiaanse poëzie. Boscán Almogáver is de eerste die systematisch en doelbewust de vormen van de Italiaanse lyriek, nl. het sonnet, de „canción”, de „octava rima”, het terzet en de zgn. „versos sueltos” in Spanje introduceerde. Hij was geen groot, oorspronkelijk, scheppend kunstenaar. Bovendien was voor hem als Catalaan het Kastiliaans tot op zekere hoogte een vreemde taal. Zijn verdiensten zijn er slechts te groter door. Zijn vriend Garcilaso, die een echt dichter was, heeft volbracht wat Boscán Almogáver steeds voor ogen had gestaan.

Boscán Almogáver zelf bezorgde slechts een uitgave van El Cortesano (1534), een voortreffelijke vertaling van Il Cortegiano (1528) van Baldassare Castiglione, waarvan Garcilaso hem een exemplaar had toegezonden met het verzoek het werk in het Spaans over te brengen. Las obras de Boscan y algunas de Garcilaso de la Vega repartidas en quatro libros (1543) werden eerst na Boscán Almogáver’s dood uitgegeven door zijn weduwe, de zeer beschaafde en ontwikkelde doña Ana Girón de Rebolledo. In het vierde boek vindt men de gedichten van Garcilaso. De eerste drie bevatten de werken van Boscan, nl. na zijn verzen van vóór de bekering, o.a. 92 sonnetten waarin hij uitsluitend Petrarca navolgt, 10 „canciones”, twee Epístolas, de Historia de Leandro y Hero, die 3000 elflettergrepige rijmloze verzen telt, waarschijnlijk een navolging van Bernardo Tasso. Het meest geslaagd is wel de allegorische Octava Rima, grotendeels een letterlijke vertaling van de Stanze van Bembo.

Bibl.: (Teksten): Obras, ed. W. S. Knapp (Madrid 1875); Poesías, ed. J. de Sancha (Madrid 1855) in Bib. de Aut. Esp., t.

XXXV; El Cortesano, ed. A. M. Fabié (Madrid 1873, Libros de antaño, t. 3).

Lit.: M. Menéndez y Pelayo, J. B., estudio crítico (Madrid 1908), t. XIII van de Antol. de poetas lír. castell.

< >