Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bondt, jacob de

betekenis & definitie

of Jacobus Bontius, Nederlands geneesheer (Leiden 1592 - Batavia 30 Nov. 1631), zoon van de hoogleraar in de medicijnen, dr Gerard de Bondt. Hij liet zich door Coen die op het punt stond weer naar Indië te vertrekken, overhalen bij de Oost-Indische Compagnie in dienst te treden.

Gelijk met Coen kwam hij in 1627 in Batavia aan. Na een reis te hebben gemaakt naar de Molukken en Timor kwam hij in Aug. 1628 in Batavia terug, waar hij in weinige jaren veel voortreffelijk werk heeft gedaan, maar in ruime mate de ellende van een toenmalig verblijf in de tropen leerde kennen. Na reeds op de uitreis zijn vrouw te hebben verloren huwde hij te Batavia opnieuw, maar moest ook deze tweede echtgenote zien heengaan. Eveneens overleden zijn schoonzuster en zijn zoontje, terwijl hij zelf tegen het eind van 1631 volgde. Naast zijn medische en hygiënische werkzaamheid trad hij op als advocaat-fiscaal en baljuw en vond nog tijd voor waardevolle publicaties. Zo schreef hij „meest in de nachtelijke uren” een Latijns werk over de geneeskunde in de tropen, De Medicina Indorum libri IV, enige malen vertaald en herdrukt, alsmede Historiae naturalis et medicae Indiae Orientalis libri VI. Onder de titel Exotica schreef hij verder enige verhandelingen over Indische planten en dieren, terwijl hij ter verpozing nog een aantal Nederlandse en Latijnse gedichten vervaardigde. Hij wordt beschouwd als de grondlegger der wetenschappelijke geneeskunde in Indië.DR F. W. STAPEL

Lit.: F. de Haan, Oud-Batavia, passim (Batavia 1922).

< >