(1) ook wel Biro-Bidzjan, is een Joodse autonome provincie in Siberië, gebied van het Verre Oosten, ten N. van de rivier de Amoer.
Het gebied, groot ongeveer 39.000 km2, ligt aan de oostelijke helling van het Chingangebergte, deels in riviervlakte, deels in bebost gebergte. In het laagland, dat voor akkerbouw en veeteelt zich leent, zijn staats- en collectieve landbouwbedrijven gesticht. Goud wordt in het N.W. deel van het gebied gewonnen, terwijl steenkolen gedolven worden ten W. van de hoofdstad Birobidjan. Zagerijen zijn gevestigd in de nabijheid van de Transsiberische spoorweg, die het land in het noordelijke deel doorsnijdt. Bij het creëren van dit autonome gebied in 1928 telde de bevolking 32.000 zielen; in 1939 was dit getal gestegen tot 108.419 personen.
(2), hoofdstad van de gelijknamige autonome provincie, met textiel-, kleding- en leerfabrieken. De bosrijkdom had tot gevolg dat in de stad ook werden gesticht fabrieken voor houtbewerking, als meubel- en wagonfabrieken. Ongeveer 75 pct van de bevolking van het gebied is gevestigd in de stad, die een electrische centrale, bibliotheken en inrichtingen voor onderwijs en kunst binnen haar grenzen telt.
H. A. BOMER
