Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Berg (hertogdom)

betekenis & definitie

is een voormalig zelfstandig hertogdom (Ducatus Montensis) in het Westfaalse gedeelte van het Oude Duitse rijk en nu een deel van de Pruisische Rijnprovincie. De naam is blijven voortleven in Bergisches Land.

In het W. werd het door de Rijn gescheiden van het voormalig aartsbisdom Keulen; het grensde in het Z. aan het graafschap Sayn, in het O. aan Nassau-Siegen, het hertogdom Westfalen en het graafschap Mark, in het N. aan het hertogdom Kleef. Dusseldorp was de hoofdstad.Het oude graafschap Berg, dat in 1380 door koning Wenzel tot een hertogdom verheven was, werd in 1423 met het hertogdom Gulik verenigd. Sedert 1521 waren ook de verenigde hertogdommen Kleef en Mark hierbij gevoegd. In 1539 scheen het wel, dat dit hele gebied door erfenis in handen zou vallen van hertog Willem van Gulik, die toen ook reeds hertog van Gelre was. Een Europese oorlog dreigde uit te breken, maar in 1543 moest hertog Willem bij het Verdrag van Venlo Gelre aan keizer Karei V afstaan. Weer zijn Gulik en Berg bijna de oorzaken van Europese verwikkelingen geworden, toen het Huis Kleef in 1609 uitstierf en er een successie-oorlog uitbrak tussen het Huis Palts-Neuburg en het Huis Brandenburg. De Neuburgers kregen de hertogdommen (1614 en definitief in 1666) en na het uitsterven van dit Huis (1742) kwamen Gulik en Berg in het bezit van Karei Theodoor uit het Huis Palts-Sulzbach, die in 1777 ook keurvorst van Beieren werd. Zijn opvolger Maximiliaan IV Jozef uit het Huis Palts-Tweebruggen stond in 1801 Gulik en in 1806 Berg aan Frankrijk af.

Napoleon I vormde nu uit Berg, Kleef — voor zover het rechts van de Rijn lag —, Mark, Tecklenburg en Lingen het groot-hertogdom Berg, dat aan zijn zwager Murat en na 1809 aan Napoleon Louis, oudsten zoon van den koning van Holland, kwam. Het Wener Congres gaf in 1815 Berg aan Pruisen.

Lit.: B. Schönneshöfer, Gesch. des berg. Landes (2de dr., 1908); Hengstenberg, Das ehem. Herzogtum B. und seine nachste Umgebung (2. Aufl. 1897); Ch. Schmidt, Histoire du Grand-Duché de Berg (1905); W.

Rees, Das berg. Land in der Dichtung (1925).

< >