Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 07-02-2022

Bartholomeus EGGERS

betekenis & definitie

Nederlands beeldhouwer (Antwerpen 1637- A’dam einde 1691), was in 1654 in de leer bij Artus Quellinus te Amsterdam en werd in 1663 als steenhouwer opgenomen in het St Lucasgilde aldaar. In 1665 werd hij als „statuarius” lid van de Haagse confrérie en in 1667 voltooide hij het praalgraf van de admiraal Jacob van Wassenaer in de Grote Kerk te ’s-Gravenhage naar schetsen van Cornelis Monincx.

Te Amsterdam was Eggers medewerker van Arthus Quellinus in de tijd, dat deze laatste aan het stadhuis werkzaam was. Te Gouda werkte hij in 1668 aan de Waag. Daarna ontstond zijn beeld van Georg von Innund Knyphausen, dat hij toevoegde aan een reeds bestaand grafmonument van de hand van Rombout Verhuist in de kerk te Midwolde. Verder werkte Eggers voor de keurvorst van Brandenburg, terwijl hij in 1673 een marmeren borstbeeld vervaardigde van de Amsterdamse burgemeester Joannes Munter, dat zich nu in het Rijksmuseum bevindt. Hoewel hij geen groot meester was, nam hij in zijn tijd onder de Noordnederlandse beeldhouwers een niet onbelangrijke plaats in.Lit.: Elisabeth Neurdenburg, De 17de eeuwsche Beeldhouwkunst in de Noordelij'ke Nederlanden (Amsterdam 1948).

< >