(1, bouwkunst) kan zijn een draaiingsas (voor bouwlid of bouwruimte) en een symmetrische as (bij vlakken of als vlak geprojecteerde ruimten). De draaiingsas is die, waarom een bouwlichaam of ruimte kan worden gewenteld; ze kan verticaal zijn (zuil-as, koepel-as) of horizontaal (bijv. as van een tongewelf).
De symmetrische as is de reële of denkbeeldige lijn, ten opzichte waarvan zich bouwdelen of sierelementen als elkaars spiegelbeelden verhouden: de as van een venster, van een muur, een schildering. Men kent hier lengte- en breedte-assen. Minder juist spreekt men van verschillende één-richtingsassen in één bouwwerk: daar bestaat slechts één hoofdas, de andere, al of niet evenwijdig met deze, zijn assen van onderdelen. In oneigenlijke zin gebruikt men het woord as voor de symmetrie van een ruimtelichaam of ruimte-begrenzing: bijv. de as van een kerkgebouw (juister is hier het oude woord „linie”), de as van een straat of een plein. Men kan het enkel in projectie gebruiken en als zodanig moeten woorden als „axiale stedenbouw” verstaan worden.De as bij een molen is de houten of ijzeren balk, waaraan de roeden zijn bevestigd, waarmee deze ronddraait. Bij een schip is het de lijn van voren naar achteren midden over het schip getrokken, ter hoogte van de toegelaten waterlijn. Tegenover deze lange scheepsas staat de korte as: de lijn, dwars over de grootste scheepsbreedte getrokken.
DR JOHN B. KNIPPING
Lit: W. Rave, Die Achse in der Baukunst (diss. Techn. Hochschule Berlin 1929), filosofische, hier en daar vage studie.
(2, kristallografie), is een denkbeeldige rechte lijn, die door het middelpunt van een kristal gaat. Men onderscheidt kristallografische assen, symmetrie-assen en optische assen.
De kristallografische assen worden gebruikt om de ligging der kristalvlakken te bepalen. Een dergelijk assenstelsel (assenkruis) bestaat gewoonlijk uit drie assen, die elkaar hetzij onder hoeken van 90° hetzij onder andere hoeken snijden. Het is het coördinatenstelsel met behulp waarvan de kristalvlakken worden beschreven.
Symmetrie-assen zijn in de kristallografie 2, 3, 4 of 6-tallig. Draait men een kristalpolyëder om een symmetrie-as over een hoek van 360°, dan neemt de polyëder 2, 3, 4 of 6 maal dezelfde stand in de ruimte in als waarvan werd uitgegaan. Een regelmatig 6-zijdig prisma bezit een 6-tallige as, evenals een regelmatige 6-zijdige pyramide, of dipyramide. De karakteristieke draaiingshoeken zijn dus 180°, 120°, 90° en 60°.
Optische assen zijn bij dubbelbrekende kristallen de richtingen waarin een doorvallende lichtstraal niet dubbel wordt gebroken. Tetragonale, hexagonale en trigonale kristallen bezitten één optische as (zijn optisch éénassig), rhombische, monokliene en trikliene kristallen bezitten twee optische assen (zijn optisch twee-assig).
(3, krijgskunde) of zielas van een kanon, as van een kijker noemt men de omwentelingsas van het cylindervormig lichaam; onder richtas van een kanon of geweer verstaat men de lijn, die vizierkeep of de oogdop van het vizier verbindt met de vizierkorrel. De as van de bedding, waarop het kanon wordt geplaatst, is de lijn, door het midden van het schootsveld.
Voorts wordt in de verbindingsdienst te velde gesproken van legerkorps-, divisie-, regimentsverbindingsas enz., waarmee wordt aangeduid het gehele samenstel der verbindingen, bij dat onderdeel in de eerste plaats nodig voor de gevechtsleiding, welke over een bepaalde hoofdrichting, als het ware tot een bundel zijn verenigd en waarop de overige verbindingen zoveel mogelijk aansluiting moeten zoeken.
(4, plantkunde), ieder stengel- of wortellid, in bijzonder verband (centrale as, symmetrieas enz.). Het lid onder de zaadlobben (cotylen) wordt hypocotyle as genoemd, het lid boven de zaadlobben epicotyle as.
(5, techniek) is een rechte of gekromde staaf (het laatste bij een kruk-as), die in twee of meer steunpunten (draaipunten) wordt ondersteund en waarom werktuigonderdelen als wielen, schijven, krukken of hefbomen draaien. Als de as deelneemt aan de rotatie zijn de draaiende delen onwrikbaar op de as bevestigd en rust de as in vaststaande kussenblokken voorzien van glijdlagers of kogellagers; de as dient dan tevens voor het doorvoeren van een draaimoment. Niet meedraaiende assen worden in de steunpunten onwrikbaar bevestigd, de er omheen draaiende delen zijn voorzien van naven met draagvlakken of kogellagers. Ligt de as niet horizontaal maar vertikaal, dan spreekt men van spil; de vertikale krachten worden dan opgenomen in een taats-constructie.
(6, wiskunde); hier spreekt men van as van symmetrie, van as der coördinaten en (bij omwentelingsoppervlakken) van omwentelingsas.