Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 24-01-2022

Arakan

betekenis & definitie

de noordelijkste afdeling (Division) der prov. Neder-Birma*, aan de oostzijde der Golf van Bengalen, tussen 180 en 210 33' N.Br. en 920 10' en 940 50' O.L. v.

Gr. en met een oppervlakte van 37 621 km2. Het oostelijk deel is bergachtig (tot 2490 m), de kusten zijn laag, moerassig en ongezond. De voornaamste voortbrengselen zijn: rijst, indigo, peper, suikerriet en teakhout. De kern der bevolking (ruim 1 mill., voor 2/3 Boeddhistisch) bestaat uit Rakhaings of Mugs, die nauw verwant zijn met de Birmanen. De taal is eenlettergrepig; het alphabet, bestaande uit 36 letters, is ontleend aan het Dewanagari. Dit volk bezit een eigen literatuur, waarin o.a. voorkomt de Radsaweng of geschiedenis der koningen. Nagenoeg alle op de kloosters (Kjaoeng) schoolgaande kinderen kunnen lezen.De oudste geschiedenis van het land bestaat uit sagen. In 693 n. Chr., het begin der Arakanse jaartelling, werd van Ceylon uit het Boeddhisme ingevoerd; tussen de jaren 900 en 1000 bereikte Arakan zijn hoogste bloei. Het westelijk gedeelte van Birma werd toen tijdelijk onderworpen. In 1679 moest de noordelijke provincie Tsjittagong aan den Groot-Mogol Aurang-Zeb worden afgestaan; in 1783 werd het rijk door Bhodan Phra van Birma en in 1826 door Engeland veroverd. De hoofdstad is tegenwoordig Akyab, vroeger was het Arakan, verder in het binnenland gelegen.

Op het schiereiland van Arakan, waarop de hoofd- en havenstad Akyab is gelegen, voerden de Engelsen onder Lord Louis Mountbatten op 15 Jan. 1944 enige geslaagde landingen — in de rug der Japanse stellingen bij Akyab — uit, waardoor de verovering van Akyab, door een aanval van het N. uit langs de kust, reeds op 19 Jan. 1944 een feit werd (z Wereldoorlog II)