(Patres Apostolici) noemt men, sedert Gotelier (1672) een aantal geschriften, afkomstig van of toegeschreven aan mannen, die nog aanraking met de Apostelen hebben gehad of kunnen hebben gehad. Zij behoren tot de oudste documenten van het Christendom, voor zover die niet in het Nieuwe Testament zijn verzameld.
Enkele daarvan, zoals de Herder van Hermas en I Clemens zijn, blijkens oude HSS., tijdelijk en plaatselijk tot de boeken van het N. T. gerekend. De omvang staat niet vast, maar de veel gebruikte editio minor van Gebhardt, Harnack en Zahn rekent daartoe de volgende brieven en andere geschriften: I Clemens, II Clemens, Barnabas, Fragmenten van Papias, Brief aan Diognetus, de Brieven van Ignatius (in de zgn. „korte” recensie), Brief van Polycarpus, Martyrium aan Polycarpus, Herder van Hermas, Didachè (ook Leer der XII Apostelen genoemd) (z Apostolisch, Apostolische kerkorde). Voor de verschillende geschriften zie men ter plaatse.De toeschrijving aan een bepaalde persoon is bijv. bij II Clemens, Barnabas, het Martyrium van Polycarpus, de Didachè en de Brief aan Diognetus òf geheel onzeker (Barnabas) òf onmogelijk; bij de zeven Brieven van Ignatius is de twijfel en daarmee samenhangende late datering weerlegd, evenals bij de Iste brief van Clemens. Hermas is, wat zijn kwaliteit van auteur der ruim 100 blz. van den „Herder” (of „Pastor”) betreft, een historische figuur, maar de datering en de samenstelling van zijn geschrift worden nog niet eenstemmig beoordeeld. Tussen „Barnabas” en de Didachè bestaat een relatie, die voor de datering van beide van overwegende betekenis is: het is mogelijk, dat Barnabas de bron is van de zgn. Twee Wegen in Did. I-IV. Heeft de Didachè ook Hermas gebezigd, dan valt zij nog later. Het onderzoek naar de juiste datering van deze literatuur is van grote betekenis voor het inzicht in de oudste geschiedenis van het Christendom, ja, zelfs voor de interpretatie van het N.
T. en van problemen uit de tijd der Apostelen. Men dateert tegenwoordig I Clemens omstreeks 96, Ignatius’ brieven omstreeks 110, Barnabas tussen 95 en 105, de Brief van Polycarpus kort na de Ignatiana, Hermas meest tussen 140 en 150. Papias is een historische figuur, wiens werk valt in de tijd van Hadrianus (117-138); overigens verkeert men in min of meer ernstige onzekerheid. Afgezien van hun groot belang uit andere oogpunten, zijn vele dezer documenten, Hermas bijv., van hoog belang voor de kennis van het levende Grieks uit die dagen.
PROF. DR J. DE ZWAAN
Bibl.: Standaarduitg. van Lightfoot (1890); bekendste tekstedities die van Gebhardt, Harnack en Zahn, ed. min., 6de dr. 1920, en van Funck-Diekamp, 1901-1913, ed. min. 1924.
Lit.: B. Altaner, Patrologie (1938).