een van de oudste Christelijke schrijvers (ca 75 - ca 150), bisschop van Hiërapolis in Klein-Phrygië, schreef ca 130 een werk in vijf boeken: Verklaringen van de woorden des Heren (z Logia), waarvan slechts kleine fragmenten zijn behouden. Hij maakte hierbij gebruik van hetgeen de oorgetuigen van de Apostelen hem mededeelden en van hetgeen de leerlingen van Jezus, Aristion en Johannes* de Presbyter (1) hem zeiden.
Hij is de oudste getuige over de wijze waarop Mattheüs en Marcus hun evangelie hebben opgesteld.DR V. MOREL O. CAP.
Bibl.: Uitg. derfragm. in: Patrum apost. opera rec. O. Gebhardt, A. Harnack, Th. Zahn, I2 (Lipsiae 1871); Die apost. Väter, hrsg. v.
F. X. Funk, 2de dr. (Tübingen 1901, neubearb. v. H. Bihlmeyer, I, 1924).
Lit.: F. Blasz, P. bei Eusebius (1907); G. Bardy, art. Papias in Dict. de théol. cath., t. 11, kol. 1944-1947 (Paris 1932); P. Vannutelli, De presbytero Joanne apud P. (Roma 1933); N. J.
Hommes, Het Testimoniaboek, diss. Vrije Univ. Amsterdam (1935). blz. 230-255; M. Buccelato, P. di H. frammenti e testimonianze nel testo greco (1936).