Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ANECDOTE

betekenis & definitie

(Grieks: anekdoten, anekdota) betekent oorspronkelijk een nog niet uitgegeven werk. Zo noemde de Byzantijnse geschiedschrijver Procopius de berichten over het leven van keizer Justinianus, die hij in zijn officieel geschiedverhaal niet had kunnen opnemen en die eerst na de dood van Justinianus verschenen, „anekdota”.

Na de uitvinding van de boekdrukkunst verstond men onder anecdota verzamelde uitgaven van nog niet bekende, meestal kleinere schrijvers, of handschriften; zo bijv. Muratori: Anecdota ex Ambrosianae bibliothecae codicibus (1697). Daardoor kreeg anecdote tevens de betekenis van een kleine vertelling, waarin een weinig bekende merkwaardige gebeurtenis of een snedig gezegde, meestal in verband met een bepaalde persoon, in afgeronde vorm wordt meegedeeld. Voor de historische waarheid van het vertelde staat de anecdote niet in. De anecdote is een letterkundige vorm, die zowel mondeling als schriftelijk gebezigd wordt. Mondeling vinden wij haar als beeld van het beschaafde en welverzorgde gesprek, dat sedert de Renaissance in zwang raakt.

Hier heeft zij een functie, die te vergelijken is met het exemplum, dat wij in de middeleeuwse preek vinden. Op dezelfde manier echter als die exempla later opgeschreven en verzameld werden, worden sedert de Renaissance anecdoten opgeschreven en in bundels verzameld. Zij verliezen, vooral in de anecdotenlexica van de 18de eeuw, waar zij vaak in alphabetische volgorde staan, wel van hun exemplarische kracht en worden curiositeiten. In de laatste jaren heeft de letterkunde herhaaldelijk gepoogd, van de anecdote als basis voor de novelle uit te gaan.

< >