Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Andreas von tuhr

betekenis & definitie

Duits rechtsgeleerde (St Petersburg 14 Febr. 1864-Zürich 16 Dec. 1925), studeerde in Heidelberg, Leipzig en Straatsburg o.a. bij Windscheid en E. I.

Bekker, doceerde aanvankelijk (1888) als privaatdocent Romeins recht te Heidelberg, vestigde zich in 1891 als buitengewoon en in 1895 als gewoon hoogleraar in het burgerlijk recht te Bazel, en werd in 1898 als zodanig te Straatsburg benoemd. Hier werkte hij, laatstelijk als rector, tot het einde van Wereldoorlog I; daarna was hij tot 1920 te Halle en tot zijn overlijden te Zürich in functie. Von Tuhr heeft zich vooral naam gemaakt als commentator, eerst van het algemene deel van het Duitse Burgerlijk Wetboek (in Bindings Handbuch, 2 dln, 1910-1918), later van het algemene deel van het Zwitserse Verbintenissenrecht (2 dln, 1924-1925). Beide werken worden, speciaal om hun kwaliteiten van systematiek en analyse, nog veel geraadpleegd.Lit.: A. B. Schwarz, A. v. T. Vortrag (Zürich 1938); Fr. Fleiner, in: Schweiz. Jur. Zeitung, dl 22 (1926), blz. 45 v.; Ph. Heek, in: Arch. d. Civil. Praxis. N. F. dl 5 (1926), blz. 257 v.

< >