Nederlands romanschrijver en novelist (Venray 19 Dec. 1916), is secretaris geweest van het door J. Greshoff geredigeerde Hollands Weekblad te Brussel en was sedert 1938 verbonden aan Het Vaderland in Den Haag.
Tijdens Wereldoorlog II was hij in de V.S. aan het Ned. Informatie Bureau werkzaam. Sinds 1945 is hij redacteur voor letterkunde aan de Nieuwe Roti. Courant. Hij was mede-redacteur van het tijdschrift Criterium. Reeds bij zijn debuut met korte verhalen en novellen trok hij de aandacht. In zijn romans gaat een scherp observerend realisme samen met een bewust en niet aflatend zoeken naar een levenshouding en naar aanvaardbare levenswaarden in een ontwrichte wereld. Een sterke stijging vertoont zijn werk met de roman Het wilde feest (1952).Bibl.: Oefeningen, korte verhalen (1938; verm. herdr.: Jacht in de diepte, 1947); Geld speelt de grote rol (1939); Wij hebben vleugels (1946); Zuster ter zee (1949). Voorts bijdragen in: Heart of Europe (1942), Harvest of the Lowlands (1945) en In de verstrooiing (1945)
Lit.: Critisch Bulletin 1948, 1950 en 19535 autobiografisch in: Singel 262 (1949); G. Stuiveling, in: Het Boek van Nu, 1953.
