Gepubliceerd op 01-11-2018

Ongemakkelijk

betekenis & definitie

Ongemakkelijk bn. bw. (er, -st), iem. geen gemak, maar wel last gevende : hij zat in eene ongemakkelijke houding;

— een ongemakkelijke stoel, waarin men niet gemakkelijk zit;
— moeite, bezwaar opleverende, lastig, moeilijk : het is niet ongemakkelijk u daarvan een denkbeeld te geven; hij heeft een kregelig en ongemakkelijk humeur;
— duchtig, krachtig : ik zal hem een ongemakkelijk standje geven;
— (van pers.) lastig in den omgang, veeleischend, nukkig : nu houdt gij mij voor een ontevreden, knorrig, ongemakkelijk mensch; hij is zulk een ongemakkelijke potentaat;
— bw. niet op zijn gemak : ik zit ongemakkelijk;
—niet met gemak: hij spreekt ongemakkelijk;
— duchtig, terdeeg : ze kregen ongemakkelijk ruzie; hij kreeg er ongemakkelijk van langs. ONGEMAKKELIJKHEID, v.