Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

ZEVEN TEGEN THEBE

betekenis & definitie

in de Griekse mythologie zeven helden die optrokken tegen Thebe.

De aanleiding tot de tocht was de volgende: Toen aan het licht was gekomen, dat Oedipus zijn eigen vader had gedood en met zijn moeder was gehuwd, en hij zich de ogen had uitgestoken, sloten zijn zoons Eteokles en Polyneikes hem op in het paleis. In woede ontstoken over een belediging, die zij hem aangedaan hadden, vervloekte Oedipus hen. Om aan de gevolgen van deze vloek te ontkomen spraken de broeders af, dat zij om de beurt een jaar zouden regeren. Eteokles hield zich echter niet aan de afspraak. Daarom trok Polyneikes, die Thebe verlaten had en in Argos met een dochter van koning Adrastos gehuwd was, met een leger onder leiding van zijn schoonvader tegen Thebe op.

De tocht is door Aischylos in De Zeven tegen Thebe en door Euripides in de Phoinissai tot onderwerp gekozen. Over de namen der 7 helden bestond verschil van mening. Aischylos, die Adrastos niet meetelt, noemt Tydeus, Kapaneus, Eteoklos, Hippomedon (-pb-), Parthenopaios, Amphiaraos en Polyneikes zelf. Bij elk van de 7 poorten van Thebe kwam één van de aanvallers tegenover één van de aanvoerders der verdedigers te staan. Bij de 7de poort ontmoetten Eteokles en Polyneikes elkaar. Beiden sneuvelden in het tweegevecht dat ontstond (z Antigone).

Van de 7 ontkwam alleen Adrastos door de snelheid van zijn paard; Amphiaraos werd door de aarde verzwolgen. Men neemt veelal aan, dat de sage een historische kern bevat: waarschijnlijk hebben in de Mykeense tijd de heersers van Argos werkelijk een poging gedaan om Thebe te onderwerpen en zo hun macht uit te breiden over Midden-Griekenland (z Epigonen).