(1) dep. in het W. van Frankrijk, telt op 7044 km2 (1946) 313 930 inw. Het land bestaat uit vruchtbare en vlakke plateau’s met diep ingesneden rivierdalen, de grootste hoogte (bij l'Isle Jourdain) bedraagt 233 m.
Tot de rivieren behoren de Vienne met de Creuse, de Dive du Nord en de Charente. Landbouw is hoofdzaak; verder is er enige nijverheid (ijzerindustrie, machines, leer enz.). De hoofdstad is Poitiers.(2), stad in het Franse dep. Isère, met (1946) 23 520 inw., ligt op de linkeroever van de Rhône, waar deze de Gère opneemt, en aan de spoorlijn Lyon - Marseille. Zij bezit o.m. de voormalige hoofdkerk St Maurice (1190-1251 in Gothische stijl gebouwd, de voorgevel is van 1533), een Romaanse abdijkerk St Pierre (met het museum Lapidaire) en de kerk St André-le-Bas (9de-14de eeuw). Er is nijverheid (laken en andere wollen stoffen, ijzerwaren, papier), wijnbouw en handel. Er zijn vele Romeinse overblijfselen, o.a. een tempel in Korinthische stijl uit de tijd van Augustus en een Romeins theater. Vienne, de oude hoofdstad van Bas-Dauphiné, was tot 1790 de zetel van een aartsbisschop.
Lit.: M. Reymond, Grenoble et V. (Paris 1907).
