Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Stephen Grover CLEVELAND

betekenis & definitie

de twee-en-twintigste president der V.S. (Caldwell, New Jersey, 18 Mrt 1837 - 24 Juni 1908), verloor op 16-jarige leeftijd zijn vader en werd korte tijd later klerk bij een grote firma te Buffalo. Hier legde hij zich geheel alleen op de juridische studie toe en wist zich te bekwamen tot advocaat (1859).

In 1870 werd hij benoemd tot sheriff van Erie County, in 1881 tot democratisch burgemeester van Buffalo. In die betrekking onderscheidde hij zich door bekwaamheid, moed en zelfstandigheid. In 1882 werd hij met een grote meerderheid van stemmen gekozen tot gouverneur van de staat New York, en ook als zodanig verwierf hij door zijn uitstekend beleid de achting en het vertrouwen van zijn medeburgers. Op de democratische nationale conventie te Chicago werd hij in 1884 met 683 tegen 137 stemmen benoemd tot candidaat voor de presidentszetel.

Bij de verkiezing, die in Nov. van dat jaar plaats had, verkregen de Democraten een meerderheid van 65 953 stemmen (20 van de 38 staten schaarden zich aan hun zijde tegen de republikeinse candidaat Blaine). Hij aanvaardde de betrekking 4 Mrt 1885 en was de eerste democratische president na de Burgeroorlog (1861 —1865). Zijn streven was, een onpartijdig bestuur te voeren en de verkwisting der staatsinkomsten zoveel mogelijk tegen te gaan. In zijn buitenlandse politiek werd hij belemmerd door de republikeinse meerderheid in de Senaat.

De gewichtigste gebeurtenis in zijn regeringsperiode was de strijd over het toltarief. Hij wilde de beschermende rechten verminderen. In 1888 moest hij dan ook bij de presidentsverkiezingen zijn zetel aan de republikeinse candidaat Harrison afstaan, maar in 1892 werd hij weder gekozen. Zijn tweede presidentschap verliep zonder bijzondere gebeurtenissen; alleen zijn pogingen om in het Engels-Venezolaanse geschil als scheidsrechter op te treden, verwekten groot opzien.

Voorts verzette hij zich tegen de vrije aanmunting van zilver en tegen de annexatie van Hawaiï. Nadat hij in 1897 zijn ambt had neergelegd, gaf hij colleges in de staatswetenschappen aan de universiteit Princeton in New Jersey.Lit.: McElroy, Gr. Cleveland, the man and the statesman (2 vol., 1923); Welch, Gr. C.,astudyin political courage (1922); G. W.

Parker, Recollections of Gr. C. (1909); D. F. Lynch, G.

G. (1932); A. Nevins, G. G. (1933)

< >