is een berggroep van de Lepontische Alpen, op de grens van de kantons Uri, Wallis, Ticino en Graubünden. Aan alle kanten door hoge toppen omgeven (Badus, 2931 m; Piz Basodino, 3276 m; Monte-Leonegroep, 3558 m), is de hoogste top de Pizzo Rotondo (3197 m).
Over de groep loopt de Sint Gotthardpas. Het gebergte bestaat vnl. uit gneis, glimmer en hoornblendeleisteen. Behalve het St Gotthard-hospitium zijn er nog een paar hotels.De Sint Gotthard — genoemd naar een kapel, door de heilige. Gotthard, bisschop van Hildesheim in het klooster Disentis, in de 12de eeuw gesticht — was tot ca 1225 ontoegankelijk; eerst toen werd de pas als plaatselijke verkeersweg begaanbaar gemaakt. Daarna werd de zgn. „Stiebende Brücke” over de Schöllenenkloof aangelegd, waardoor weldra de Sint Gotthard weg een internationale verkeersweg werd. Eerst in de jaren 1820-1824 werd door de kantons Uri en Ticino de tegenwoordige weg gebouwd door het dal der Reuss, over de pashoogte naar Airolo. Hij heeft een klimming van 5-7 pct en op het steilste gedeelte tot 10 pct. Sedert 1885 is het gebergte militair versterkt.
De St Gotthardspoorweg dient voor het rechtstreeks verkeer tussen Duitsland en Italië door Zwitserland heen. In 1871 werd de St Gotthard-maatschappij opgericht. Het St Gotthard-net omvat de lijnen van Luzern over Immensee en van Thalwil over Zug naar Goldau, dan verder over Schwyz tot Chiasso, benevens de zijtakken van Bellinzona naar Luino en Locarno. De totale lengte bedraagt 276 km. De bouw van de grote tunnel tussen Göschenen en Airolo duurde van 1872-1881. In 1882 werd de spoorweg geopend.
De spoorweg heeft 80 tunnels en galerijen (samen 46 km) en 324 bruggen met meer dan 10 m spanwijdte. De tunnel is 14.914 m lang en ligt op het hoogste punt 1154 m boven de zeespiegel.