waterstaatsingenieur en publicist (Abcoude 6 Juni 1851 - La Tour de Peilz 27 Nov. 1939), was van 1874-1902 in Rijkswaterstaatsdienst en was o.a. werkzaam te Hoek van Holland en Kampen en daarna bij de voorbereiding en uitvoering der verlegging van de Maasmond van Woudrichem naar de Amer. Na 1902 werd hij deelgenoot in een effectenkantoor en nam een werkzaam deel aan verschillende middenstandscongressen.
Later vestigde hij zich in Zwitserland. In 1896 werd hij redacteur van De Gids.
Bibl.: Watervrede (Amsterdam 1880); (met H. Bernelot Moens) Verslag over de waarnemingen in de Noordzee omtrent de stroomen langs de Nederlandsche kust in de jaren 1880-1882 (’s-Gravenhage 1885); De Duitsche ongevallenverzekering in de praktijk (Haarlem 1898); Nieuwe Wereld (Haarlem 1900); School en Leven (Haarlem 1905); Middenstandskemen (Amsterdam 1907); Het geslacht Nolthenius (2 dln, Haarlem 1914-1930); Democratisch Zwitserland (Amsterdam 1921); Wegbereiders: mevr. de Staël en haar ouders (Haarlem 1927).
Lit.: Ned. Patriciaat VIII (1917); G. A. Crommelin, R. P. J. T. N., in: Jaarboek Mij Ned. letterkunde XL (1940).
