Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Philipp veit

betekenis & definitie

Duits schilder (Berlijn 13 Febr. 1793 - Mainz 18 Dec. 1877), was leerling van de Akademie te Dresden en van G. D.

Friedrich. In 1810 ging hij over tot het R.K. geloof en vestigde zich te Wenen. Nadat hij deel had genomen aan de vrijheidsoorlog, vertrok hij in 1815 naar Rome, waar hij zich aansloot bij de Lukas-broeders of Nazareners. Met hen werkte hij samen aan de fresco’s voor het Casa Bartholdy, waarvoor hij Jozef bij de vrouw van Potifar en De zeven vette jaren maakte, en voor de villa Massima. Vele fresco’s met Christelijke, mythologische of aan Dante ontleende onderwerpen en grote altaarstukken heeft hij zowel in Italië als in Duitsland uitgevoerd. In 1830 vertrok hij naar Frankfort, waar hij tot 1843 directeur van het Stadelsche Institut was en les gaf op de daaraan verbonden Kunstschule. Daar ontstond in 1838 het portret van Frau von Bernus, een zijner beste werken. In 1854 werd hij museumdirecteur in Mainz. L. Kaufmann gaf in 1891 Veit’s in zijn laatste levensjaren geschreven Zehn Vorträge über Kunst uit. Veit was een gebrekkig tekenaar en bereikte, doordat hij steeds van het detail uitging, geen compositorische eenheid in zijn werk. dat hierdoor een dilettantische indruk maakt. De vroege werken spreken nog door de kleur, de latere missen alle oorspronkelijkheid en vitaliteit. Voor deze schilder was dan ook niet de artistieke waarde de hoofdzaak, maar het sentimenteel-romantisch uitgebeelde, verheven onderwerp.Lit.: M. Spahn, Ph. V. (Bielefeld 1901, Künstler-Monogr. 51).

< >