(Obrenowié), naam der dynastie die, afgewisseld door de Karageorgewitsjen, over het onafhankelijke vorstendom (van 1882 af koninkrijk) Servië regeerde. Stichter was vorst Milos (1817-’39), die zich Obrenovitsj noemde naar Obren, bij wie hij veehoeder en opzichter was geweest.
In 1839 deed hij afstand (onder druk van Rusland, waarvoor hij politiek onaanvaardbaar was) en werd hij eerst korte tijd opgevolgd door zijn zoon Milan II, die hetzelfde jaar stierf, toen door zijn tweede zoon Michail (1840-’42). Ten gevolge van de onpopulaire politiek die deze voerde (hoge belastingen) ontstond er verzet, dat hem 1842 tot aftreden dwong; de dynastie der Karageorgewitsjen regeerde nu tot 1858. In 1859 kwam Milos opnieuw op de troon, doch het volgende jaar reeds deed hij afstand ten behoeve van zijn zoon Michail III, die nu ten tweeden male regeerde (1860-’68). Ondanks zijn rustige, democratische politiek werd hij in 1868 vermoord, zijn aangenomen zoon Milan IV (eigenlijk een achterneef, kleinzoon van Milos’ broer) volgde hem op. In 1882 riep hij zich uit tot koning Milan I. Deze trachtte zijn populariteit, verloren door een austrophiele politiek, te herwinnen met een liberale grondwet (1889), waarna hij spoedig aftrad.
Zijn zoon Alexander, eerst onder een regent, verklaarde zich 1893 meerderjarig (hij was 17), maar zijn vader behield nog (o.a. als hoofd van het leger) de eigenlijke macht, tot hij zich in 1900 terugtrok. Alexander schafte in 1894 de liberale grondwet van 1889 af, maar voerde in 1901 een nieuwe democratische constitutie in met o.a. het twee-kamerstelsel. In 1903 werd een militair complot tegen hem gesmeed, en de vermoording van hem en zijn vrouw in dat jaar maakte een eind aan de dynastie.