(Bucerotidae) vormen een familie van vogels, die tot de orde der Hoppen (Upupae) behoort (z vogels). Zij onderscheiden zich door een hoornachtig uitsteeksel op de bovensnavel.
Het zijn krachtige, tamelijk plomp gebouwde dieren met een vrij lange staart, korte vleugels en korte poten. Men treft ze in bosrijke streken van Afrika, Zuid-Azië en de Indische Archipel aan. Zij broeden in holle bomen. Het wijfje metselt zich door middel van haar uitwerpselen in, zodat kop en hals alleen naar buiten steken, en verlaat het nest niet, voordat de broedtijd afgelopen is. Zij wordt door het mannetje gevoed. Van de Indische vertegenwoordigers noemen wij: 1. de dubbelhoornige neushoornvogel (Buceros bicornis), die meer dan 1 m lang wordt. Men treft deze in Voor- en Achter-Indië en in de Maleise Archipel aan;
2. de Jaarvogels (verschillende soorten van het geslacht Rhyticeros), die in Achter-Indië en in de Indische Archipel leven en waarbij de hoorn een aantal verdikkingen draagt. Een soort komt op Nieuw-Guinea voor.