is de hoofdpersoon van La vida de Lazarillo de Tormes, y de sus fortunas y adversidades (Het leven van Lazarillo de Tormes, en van zijn voor- en tegenspoeden), een Spaanse schelmenroman, de eerste van het genre, waarvan de auteur zowel als plaats en jaar van eerste verschijning onbekend zijn. Het werk is lange tijd aan Diego Hurtado de Mendoza (15031575) toegeschreven.
In onze tijd is Angel Gonzalez Palencia tot een revisie van het probleem van het auteurschap gekomen en hij heeft zich ten gunste van de toeschrijving aan Hurtado de Mendoza uitgesproken. De oudste drie uitgaven zijn die van 1554, verschenen resp. te Burgos, Alcald en Antwerpen, maar waarschijnlijk bestond er een vroegere (Antwerpen 1553?), die nog niet is teruggevonden. Het is een autobiografie van Lazaro, die zijn wederwaardigheden beschrijft als blindenleider, daarna als knecht van een gierige priester, een kale edelman enz. Sommige gedeelten zijn niet oorspronkelijk, maar veeleer een bewerking van traditionele folkloristische motieven. Dit doet echter niets af aan de betekenis van Lazarillo, die met rauw realisme en smakelijk cynisme het type heeft geschapen van de picareske roman.Het succes van het werkje was overweldigend. Het werd in vele talen vertaald. Verschillenden schreven er een vervolg op; het bekendste daarvan is de Segunda parte de Lazarillo, door J. (?) de Luna (Parijs 1620). Onze Bredero kende de kleine Lazarus ook, door een Nederlandse vertaling, en ontleende er de twee hoofdfiguren aan van zijn Spaansche Brabander (1617). Een Nederlander verluchtte het boekje het eerst: Leonard Bramer, die ook Quevedo’s Suenos illustreerde. Zijn ruim 70 tekeningen bij de Lazarillo zijn, ofschoon in 1646 voltooid, pas in onze tijd uitgegeven.
Tekstuitg.: door R. Foulché-Delbosc (Barcelona - Madrid 1900), in de ,,Bibl. hispanica”, dl 3; door Adolfo Bonilla y San Martin (Madrid 1915) in de reeks „Clásicos de la lit. esp.”; Ned. vert. verschenen in 1579, 1609, 1632, 1669, 1824 (d. J. P. Arend), 1922 (d. F. Erens-Bouvy: Het leven v. L. de T.).
Lit.: Fonger de Haan, An Outline of the History of the Novela Picaresca in Spain (The Hague - New York 1903, geschr. in 1895); E. M. Lahaman, Bibliograffa del L. de T. (San José, Costa Rica 1935). Voor de tekeningen: Leben und Abenteuer des Lazarillo von Tormes, mit den bisher unveröffentlichten dreiundsiebzig Zeichnungen des Leonard Bramer, herausgeg. und neu erzählt v. E. W. Bredt (München 1920). Over het auteurschap Ä. Gonzälez Palencia, Leyendo el ,,Lazarillo de Tormes” (notes para el estudio de la novela picaresca), aanvankelijk verschenen in het tijdschrift Escorial, Madrid 1944, blz. 9-46, daarna herdrukt in Del „Lazarillo” a Quevedo, Estudios histórico-literarios, Madrid 1946, blz. 1-39.