Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Laurentius KNAPPERT

betekenis & definitie

Ned. Herv. theoloog en kerkhistoricus (Harlingen 7 Juli 1863 Oegstgeest 4 Juni 1943), studeerde o.m. te Amsterdam, waar zijn vader, Jan Knappert, kerkelijk hoogleraar was.

Hij stond als predikant o.a. te Assen en was van 1902-1933 vanwege de N.H. Kerk hoogleraar te Leiden in de Ned. Kerkgeschiedenis, bijbelse en practische theologie. Knappert rekende zich onder de malcontente modernen en kwam voor nieuwe stromingen in het modernisme op. Het hoofddeel zijner werkzaamheid lag op het gebied der vaderlandse kerkgeschiedenis (16de eeuw) en op dat der vaderlandse cultuur-en zedengeschiedenis (18de eeuw). Knappert maakte een oorspronkelijke studie van de geschiedenis der handelskerken en van de Hervormde kerken overzee. Hij had een zeer goede stijl en schreef jarenlang hoofdartikelen in het Nieuws van den Dag.Bibl.: Folklore en godsdienstgeschiedenis, diss. (1887); Bladzijden uit de beschavingsgeschiedenis der Longobarden (1899); Een bundel preeken (1901); Ons Godsdienstonderwijs (1905); Geschiedenis der Ned. Herv. Kerk (2 dln, 1911-1912), aangevuld door: Het ontstaan en de vestiging v. h. Prot. in de Nederlanden (1924); Schetsen uit de kerkelijke gesch. v. Drenthe (met mr J. G. C. Joosting, 1916); Protestantse heldenverering (1923); Bibliogr. inleiding tot de theologie (1924); Godsdienstig Nederland (1928); Gesch. v. d. Ned. Bovenwindsche eil. i. d. 18de eeuw (1932); Willem I, prins v. Oranje (1933); In Gedenkboek Curaçao (1934): De eerste honderd jaren der Prot. Gem. op Curaçao.

Lit.: J. Lindeboom, L. K., in: Handelingen en Levensber. v. d. Mij Ned. Letterk. (1944).

< >