Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

LAMOETEN

betekenis & definitie

een volk, wonend in Kamtsjatka en ten N. van de Zee van Ochotsk. Ze zijn een stam van de westelijker wonende Toengoezen en behoren tot het Mongoolse ras.

Ze leven van rendierteelt en jacht. De laatste levert hun pelzen, die ze met de hen zo nu en dan bezoekende Russische kooplieden ruilen, vnl. voor thee, tabak en brandewijn. De Lamoeten wonen in joerten. De kleding bestaat uit gelooide rendierhuiden, bewerkt door de vrouwen. Dezen weten haar eigen kleren smaakvol met kralen te versieren, welke laatste daardoor eveneens een gewild handelsartikel vormen. Afwisseling in kleur verkrijgen ze door verven met vruchten- en plantensappen. De Lamoeten zijn Grieks-Katholiek, maar bij gelegenheid wordt toch de in elke joerte aanwezige trom geslagen, het attribuut der Sjamanen (z Sjamanisme).Lit.: S. Bergman, Kamtschatka. Skildringar (Stockholm 1923, Duitse vert.: Vulkane, Bären und Nomaden, Stuttgart 1926).

< >