Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

LAMECH

betekenis & definitie

ook Lemech, is volgens de Bijbelse overlevering de markantste vertegenwoordiger van de Kaïnieten, d.i. Kaïns nakomelingen.

Dezen worden door de H. Schrift tegenover een tweede hoofdlijn van de oorspronkelijke mensheid, nl. Seths nakomelingen, gesteld. Lamech is enigszins het tegenbeeld van de Sethiet Henoch. Terwijl Henoch door „een wandelen met God” uitblinkt, wijkt Lamech nog verder dan zijn voorgangers van God af door zich aan de polygamie en vooral aan haat en wraakzucht over te geven. Al gaan de Kaïnieten zedelijk achteruit, in materieel opzicht gelden zij 'als de grondleggers van de menselijke cultuur. In het bijzonder geldt dit van Lamech, wiens zonen in velerlei opzicht de stoffelijke beschaving bevorderden. Ook in de geslachtslijst van Seths nakomelingen komt er een Lamech voor, nl. de vader van Noach (Vulgaat Noë). Vele onafhankelijke critici zijn van mening, dat de twee geslachtslijsten van oudvaders varianten van een zelfde traditie zijn.

Lamech’s lied
is een van de oudste liederen, die in de Heilige Schrift van het Oude Testament werden bewaard. De compositie er van wordt aan de Kaïniet Lamech toegeschreven (Gen. 4 : 23-24). Het is een zang, die overloopt van overmoed en op grove wijze de wraakzucht verheerlijkt. Over de oudheid van het lied zijn de meeste moderne geleerden, onder meer de voorstanders van de „Formengeschichte”, het eens.

PROF. DR J. COPPENS

Lit.: Over de kritische problemen zie vooral S. Mowinckel, The Two Sources of the Predeuteronomic Primeval History (JE) in Gen. 1—11 (Oslo 1937).

< >