Westduitse hoofdstad van het Land Wurtemberg-Baden met (1951) 200 190 inw. (i939: 190080; 1945: 137920), van wie 48 pet Evang., 47 pet R.K. en 5 pet andersdenkenden, is, 116 m hoog, gelegen in de Bovenrijnse laagvlakte, op 10 km ten O. van de Rijn en vormt een kruispunt van spoorwegen.
STADSBEELD
Karlsruhe werd in 1715 gesticht door markgraaf Karel Willem van Baden-Durlach in de vorm van een waaier, waarvan het kasteel het uitgangspunt vormt. In 1750 telde het 2500 inw. Later werd het de hoofdstad van het in de Napoleontische tijd gevormde groothertogdom Baden, en werd toen door de architect Friedrich Weinbrenner (gest. 1826) van een aantal representatieve gebouwen in streng classisistische stijl voorzien. De stad bezit een groot aantal pleinen en parken. Tot de belangrijkste gebouwen behoren het (nu verwoeste) kasteel met de „Bleiturme”, het middelpunt van 32 straten en lanen, het paleis der Stenden, verder de Evangelische Stadtkirche, het raadhuis, het Ständlehaus, de Kath. Stadtkirche, alle van Weinbrenner, de Badische Kunsthalle, het complex museumgebouwen enz. Een groot stadion (het Hochschulstadion) en een nieuw Rijnstrandbad met volkspark, parken en sportterreinen en vogelstation werden sedert 1929 aangelegd.
Karlsruhe is de zetel der regering. De stad bezit o.a. een school voor schone kunsten, de in 1825 gestichte technische hogeschool (met ca 4000 studenten), de eerste in Duitsland, verbonden met een bosbouwacademie, de Badense Hogeschool voor Muziek, een botanische tuin, een zoölogische tuin enz. Karlsruhe is enerzijds ambtenarenstad en cultureel centrum; anderzijds is het een industriestad. De Rijnhaven, door een 1,9 km lang kanaal met de Rijn verbonden, is een belangrijke overslaghaven (vooral kolen en hout). Het personenverkeer op de Rijn, dat ’s zomers voor Wereldoorlog II tot Karlsruhe ging, wordt weer hersteld.
WERELDOORLOG II
Door zware bombardementen, o.m. die van 27 Sept. en 4 Dec. 1944, werd Karlsruhe voor 1/3 verwoest (w.o. de binnenstad met het bovengenoemde Slot van Weinbrenner). Het aantal gebouwen en woningen (1939: 100 pet) bedroeg in 1945: 68 pet en in 1951: 80 resp. 88 pet.
Lit.: F. v. Weech, K., Gesch. d. Stadt und ihrer Verwaltung, 3dln (1890-1904); E. Sander, K.einst und jetzt (1912) (populair); O. Berendt, K., das Buch der Stadt Stuttgart (1926); A. Valdenaire, K., die klassisch gebaute Stadt, Deutsche Kunstführer (Augsburg 1926); F. Hirsch, Hundert Jahre Schauen und Bauen (Karlsruhe 1928); Stadtverwaltung, Wohnungsbauprogramm 1950_’70 für K. (Karlsruhe 1949).