Duits econoom (Frankfort a.d. M. 27 Mrt 1864), is vooral beïnvloed door Wagner en Stammler.
De sociale filosofie van de laatste ging Diehl toepassen op de economie, waardoor een anti-individualistische of „sozialrechtliche” richting ontstond, volgens welke ook de meest elementaire economische verschijnselen slechts in verband met de rechtsorganisatie, die hun basis is, kunnen worden verklaard. Hierin is Diehl nauw verwant aan R. Stolzmann. Na zijn promotie te Halle in 1888 was hij privaat-docent eerst te Wenen, toen te Halle, daarna te Halle buitengewoon hoogleraar in de staatswetenschappen; in 1898 gewoon hoogleraar in de staathuishoudkunde te Rostock. In 1899 verhuisde hij naar Koningsbergen, in 1908 naar Freiburg in Breisgau. Het verwerpen van het individualistisch uitgangspunt plaatst Diehl in scherpe tegenstelling zowel tot de klassieke economie als tot de Oostenrijkse school.
Bij Diehl is de economie steeds een onderdeel der algemene sociale wetenschap. Zo is hij toch meer socioloog dan theoretisch econoom.Bibl.: P. J. Proudhon, Seine Lehre vind sein Leben (3 dln, Jena 1888-1896); in 1916 verscheen het eerste deel van een groot werk, Theoretische Nationalökonomie, nl. de Einleitung in die Nationalökonomie, gevolgd door drie verdere delen over productie, over circulatie der goederen, geld en crediet en ten slotte over de inkomstenverdeling. Met P. Mombert samen geeft hij de bekende Gnmdrisze zum Studium der Nationalökonomie uit, waarvoor hij zelf de Einführung in das nationalökonomische Studium schreef.
