(Karachi, vroeger ook: Currachee) is de hoofdstad van Pakistan, van de provincie Sind en van het gelijknamige, 36 556 km2 grote district en heeft (1941) 360 000 inw. De stad ligt aan een inham van de N.O. kust der Arabische Zee en direct ten N. van de moerassige Indusdelta.
De 10 m diepe, ruime haven is even ten Z. van de stad gelegen, nl. op het vroegere eiland Kiamari en wordt tegen de Z.W.-moessonstormen beschermd en afgesloten van de zee door het rif Manora. De opkomst van deze derde zeehaven van het Voorindische continent, welke in Wereldoorlog II sterk is verbeterd, is te verklaren uit haar economisch en militair strategische ligging. Zij is de toegangspoort tot een uitgestrekt achterland, waarmee de verbinding vnl. wordt onderhouden door middel van een uitgebreid spoorwegnet. De grote Europese en Amerikaanse lijndiensten maken gebruik van deze grote en goed geoutilleerde luchthaven, welke om klimatologische redenen de voorkeur verdient boven Bombay en Calcutta.Behalve katoen en tarwe worden geëxporteerd huiden en vellen en ruwe wol. De invoer bestaat vnl. uit katoenen manufacturen, suiker, machinerieën en chemische producten. Karatsji heeft een belangrijke zout-industrie, een Europese wijk (Clifton) en verschillende instellingen voor hoger onderwijs.