Oostenrijks publicist en historicus (Innsbruck 20 Jan. 1782 - Monaco, Beieren, 5 Nov. 1848), was sedert 1803 directeur van het Keizerlijk Huis- en Staatsarchief. Hormayr was vurig voorstander van nauwe aansluiting van Tirol bij de andere Oostenrijkse Kroonlanden.
Als zodanig werd hem dan ook bij de voorbereiding van de Tiroolse opstand onder Hofer* de leiding van de geheime verbindingen tussen Tirol en Oostenrijk toevertrouwd. Ook wist hij de opstandelingen o.a. van Zwitserland uit van ammunitie te voorzien. Hij bedierf echter veel door zijn hooghartige houding ook tegenover Hofer, die voor hem slechts een kastelein en veeverkoper was. Hij keerde na het eind van de opstand naar Wenen terug. Toen hij in 1813 het Oostenrijkse verzet tegen Frankrijk aanwakkerde wekte hij Metternichs misnoegen op en werd gevangengenomen. Spoedig werd hij vrijgelaten, maar zijn haat tegen Metternich was niet uitgeblust.
Vooral komt dit uit in zijn Allgemeine Geschichte der neuesten Zeit vom Tod Friedrich des Groszen (1817). Hij trad in 1825 in Beierse dienst, ofschoon hij de politiek van dit land altijd had gehekeld. Zijn aanmatigend optreden had een degradatie tot gevolg. In 1837 werd hij Beiers gezant bij de Hanzesteden in Bremen.Bibi.: Wien, seine Geschichte und seine Denkwürdigkeiten (1823-1824); Fragmente Deutschlands in Sonderheit Bayerns Welthandel (1840; met Duchwitz); Goldne Chronik von Hohenschwangau (München 1842); Kritisch-diplomat. Beiträge zur Geschichte Tirols im Mittelalter (2 dln, 1802-1803).
Lit.: M. P. Prins, Joseph Freiherr v. H., diss. (1938).